Alfa Romeo MiTo

Goede redenen

• Alfa Romeo stelt ook op deze MiTo niet teleur qua design. Een acterkant die zo van de 4C sportcoupé kan zijn weggeplukt, een voorkant die het Alfa Romeo-logo als zijn grille draagt. Ze komen er dan ook mee weg dat daardoor de nummerplaat niet centraal op de bumper kan worden geplaatst.

• Alfa bood op de MiTo en reeks motoren aan die stuk voor stuk relatief krachtig waren. De topper was de QV, de quadrifoglio verde had de meest sportieve aspiraties van allemaal, al was ook de TwinAir-motor eentje die zijn mannetje kon staan.

• Dankzij zijn beperkte afmetingen was de MiTo erg wendbaar. Hij kreeg ook een harde ophanging mee die zorgde voor een stevige brok rijplezier.

Alle belangrijke gegevens over de Alfa Romeo MiTo

Motoren

Tijdens zijn carrière heeft de MiTo een reeks motoren bij elkaar gespaard. De 0.9 TwinAir is daar de kleinste van, al was het wachten tot 2011 voordat die zijn opwachting maakte. De 875 cc grote unit produceerde 85 of 105 pk. Wel van in het begin beschikbaar was de 1.4, die in zijn verschillende versies 78, 105, 135 of 155 pk voortbracht, dat laatste dan in 1.4 TB-versie. De eerder vermelde QV kreeg ook een 1.4, voorzien van 170 pk.

Dieselen kon je met de MiTo ook. Daar was er keuze tussen 85 en 90 pk - en later 95 pk - van de 1.3 JTD. De 16 JTD werd ook in de MiTo gelepeld en produceerde daar 120 pk.

Afmetingen

De MiTo was nét vier meter lang, 4,07 meter om precis te zijn. Daarbij was hij 1,72 meter breed en 1,43 meter hoog. De wielbasis bedroeg 2,51 meter. Wie op reis wilde, of naar de winkel kon minimaal 270 liter bagage kwijt. Met het neerklappen van de achterbank werd dat volume verhoogd naar 950 liter.

Uitvoeringen

De MiTo was enkel beschikbaar als driedeurs. Wie meer ruimte en een beter bereikbare achterbank wilde, moest uitwijken naar de Giulietta. Alfa Romeo werkte met de bekende benamingen voor uitrustingsniveau’s; Essential, Junior, Progression en Distinctive. Na de facelift werd dat Super Urban en Veloce, al zullen die namen bij de tweedehandse exemplaren van vandaag niet meer vermeld worden.

Nieuw- en tweedehandsprijzen

Voor net geen 5.000 euro koop je al een MiTo met 95 pk met 130.000 kilometer van 12 jaar oud. Goedkoper kan ook, maar hoe lager de prijs, hoe hoger de kilometerstand en hoe groter de onzekerheid over onderhoud en betrouwbaarheid, dat is ook hier niet anders. De duurste Alfa Romeo MiTo die vandaag online te koop staat, moet 14.000 euro kosten. Niet verrassend is het om te zien dat het om de 170 pk sterke QV gaat. In 2010 kostte zulks nog 21.000 euro. Een basisversie van de MiTo ging toen voor 14.000 euro buiten.

Design-highlights en interieur

De Alfa Romeo MiTo moest het sportieve imago van Alfa naar het compacte segment overbrengen. Dat uitte zich in een scherp getekend uiterlijk, met duikende lijnen en bolle vormen. Een tikje 4C hier, een streep Giulietta daar, vooral de achterzijde leek te spreken alsof het om de breakversie van één of andere Italiaanse sportcoupé zou gaan. Ook de velgen kregen een aantrekkelijk design dat je vooral bij sportieve grotere modellen dacht aan te treffen.

Alfa DNA

Het interieur van de Alfa Romeo was minder frivool dan we van Alfa gewend zijn. De designers gebruikten her en der goedkope plastics voor de afwerking, iets wat zich zoveel jaren later al eens wreekt bij tweedehands exemplaren. In de middentunnel is de DNA-knop te vinden. Daarmee werd geen verre verwant teruggevonden, wel kon de chauffeur naar wens instellen of hij Dynamisch, Normaal of All-Weather wilde gaan rijden.

Rijhulp en veiligheid

In 2008 haalde de MiTo de volle vijf sterren voor de bescherming van de volwassen inzittenden. Voor de kinderen in de auto was de bescherming wat minder, met slechts drie sterren van de mogelijke vijf. Destijds schatte EuroNCAP de bescherming van de voetganger in op twee sterren van maximaal vier. Nochtans was de MiTo uitgerust met gordelspanners, knie- en andere airbags en een bandenspanningssensor.

Alternatieven

De MiTo was destijds bedoeld als alternatief voor de Mini, daarom werd hij ook enkel als driedeurs gebouwd. Je zou kunnen zeggen dat de Fiat 500 in hetzelfde aquarium zwemt, maar beide Italiaanse wagens spreken toch een ander doelpubliek aan. De Audi A1 zou dan weer wel een leuke concurrent vormen.