Audi hybride

Highlights van Audi hybride

• Zeer veel keus in uiteenlopende (plug-in) hybride modellen, zowel qua prijs als carrosserievariant
• Veel ervaring en bewezen reputatie op gebied van (plug-in) hybrides
• In 2010 introduceerde Audi al een serieuze hybride: de Q5 hybrid quattro
• ‘TFSI e’ is Audi’s nieuwste bijnaam voor zijn plug-in hybride modellen

Welke Audi hybride modellen zijn leverbaar?

Oké, het is heus niet louter aan Audi te wijten dat de nomenclatuur rond hybride auto’s voor enige verwarring kan zorgen bij de autokoper. In de begindagen van de alternatieve aandrijflijn strooide zowat elk automerk te pas en te onpas met de term ‘hybrid’. Dit terwijl de onderhuidse techniek niets meer was dan een conventionele verbrandingsmotor in combinatie met een grotere accu. Van volwaardig hybride technologie was eigenlijk (nog) geen sprake. Maar goed, tegelijk met de opkomst van elektrische ondersteuning nam ook het bedrijven van gewiekste marketing een enorme vogelvlucht in autoland. Want dat verkoopt nu eenmaal.
Audi niettemin introduceerde al in 2011 wel degelijk een volwaardige hybride: de Q5 hybrid quattro. Onder de kap schuilt een 2.0 liter viercilinder-turbobenzinemotor die nauw samenwerkt met een 45 pk sterke elektromotor. Het systeemvermogen bedraagt 225 pk en 480 Nm en wie het gaspedaal uiterst voorzichtig bedient kan met de Q5 hybrid tot 100 km/u volledig elektrisch rijden. Een bijzonderheid destijds, zelfs in relatie tot de stevige prijs van 65.500 euro.

Daarna ging het snel, heel snel bij Audi. De Q8 hybrid volgde nog in hetzelfde jaar. Begin 2012 werd de A6 hybrid aangekondigd en daags erna volgde het nieuws dat Audi met een hybride-racer aan de start zou verschijnen van de illustere 24 Uren van Le Mans in juni later dat jaar. Het resulteerde in automobielgeschiedenis. Na een etmaal racen bezette Audi zowaar het ganse podium, waarbij een historische glansrol was weggelegd voor de R8 e-Tron quattro. De autoracerij zou sindsdien nooit meer hetzelfde zijn. Die zege op La Sarthe in 1999 markeerde het einde van grote, luidruchtige motoren op het hoogste niveau van de autosport. Audi’s slogan ‘Voorsprong door techniek’ vierde hoogtijdagen.

Weer een jaar later, in 2014, volgden de A3 e-tron en A4 e-tron. Beide overigens geen mild-hybrides, maar plug-in hybrides (PHEV). Oftewel modellen die je aan de stekker kunt hangen om de interne hybride-accu op te kunnen laden. Net als de Volvo V60 Plug-In Hybrid uit dezelfde periode kan de A3 e-tron zo’n 50 kilometer geheel elektrisch rijden.

In hetzelfde jaar begon Audi geleidelijk met het uitfaseren van de (mild)-hybride en zich al meer toe te leggen op plug-in hybrides en volledig elektrische auto’s. De term ‘e-Tron’ werd nog fanatieker vermarkt. Aanvankelijk ging het daarbij vrijwel altijd om een PHEV, maar soms ook een volledig elektrische Audi. Op de IAA in Frankfurt van 2009 stelde Audi immers al zijn eerste elektrische auto voor: de R8 e-tron. Het zou echter nog tien jaar duren voordat Audi zijn eerste EV voor serieproductie aankondigde. Die naam? Audi e-tron. Dit terwijl het geen sportcoupé was, maar een SUV. Verwarring bij pers en publiek alom.
Omdat Audi zijn eigen uniforme term e-Tron voor zowel PHEV’s als EV’s kennelijk zelf ook steeds lastiger vond worden, volgde er een nieuwe wijziging in de nomenclatuur van het merk. De plug-in hybrides gaan sindsdien door het leven als ‘TFSI e’ en de elektrische modellen als ‘e-Tron’. Tegenwoordig zijn nagenoeg alle Audi-modellen verkrijgbaar als plug-in hybride. Mild-hybrides zijn er ook nog steeds, maar hiervoor hanteert het merk niet langer een specifieke benaming.

De volgende Audi (plug-in) hybride modellen zijn verkrijgbaar:

• A3

• A6

• A7

• A8

• Q3 Sportback

• Q3

• Q5 Sportback

• Q5

• Q7

• Q8

Modellen en uitvoeringen Audi hybride

Audi was zich al vroeg bewust van een naderende energietransitie in de autowereld en dat de volledig elektrische auto gemeengoed zou gaan worden. Met die wetenschap introduceerde het merk uit Ingolstadt al in 2011 de Q5 hybrid quattro, een van de allereerste in zijn soort voor de massa. Terwijl geduchte concurrenten als BMW, Mercedes en Jaguar nog dagdroomden over zo’n elektromodel, had het Duitse merk met de vier ringen prompt al een hybride model klaarstaan voor het echte werk.
In het vooronder van de Q5 hybrid ging een 2.0 liter viercilinder-turbobenzine schuil, gekoppeld aan een elektromotor met 45 pk. Samen generen beide units een vermogen van 245 pk bij een aangenaam koppel van 480 Nm. De Q5 hybrid is in staat enkel op benzine of louter op stroom te rijden. Dat laatste was mogelijk gedurende zo’n drie kilometer bij een kruissnelheid van 60 km/u. Fast forward naar het heden: de Q5 hybrid quattro bleek pas het prille begin te zijn van een indrukwekkend modellengamma met krachtige plug-in hybrides en volledig elektrische auto’s.

Pakken we bijvoorbeeld de nieuwste A3 TFSI e erbij, de meest compacte PHEV van Audi, dan kan die al zo’n 60 kilometer geheel elektrisch rijden. Dit geldt ook voor de Sportback-variant. En geholpen door de elektromotor mogen de rijprestaties er ook zijn met een top van 227 km/u en sprinttijd naar 100 km/u ruim binnen de acht tellen. De volgende in Audi’s pikorde zijn de A6 TFSI e en A7 TFSI e, beide goed voor een elektrische actieradius van zo’n 50 kilometer. Ja, je leest het goed: de A4 en A5 zijn op het moment van schrijven (2024) niet verkrijgbaar als PHEV. De volgende generatie hiervan zal dat geheid wel zijn. Bovenaan de hiërarchie van plug-in hybrides staat – hoe kan het anders – de A8 TFSI e. In tegenstelling tot wat je misschien zou verwachten bedraagt de elektrische actieradius niet meer dan de overige TFSI e-modellen (zo’n 58 kilometer), maar ligt het systeemvermogen wel aanzienlijk hoger. Elke A8 TFSI e produceert zomaar eventjes 449 pk bij 700 Nm. Dit dankzij een combinatie van een V6-turbomotor in combinatie met een 100 kW sterke elektromotor. Zeer vlotte prestaties zijn hiermee gegarandeerd voor Audi’s vlaggenschip.

De voordeligste SUV met plug-in hybride techniek van Audi is de Q3. De specificaties zijn vergelijkbaar met die van de A3 TFSI e waarop het model is gebaseerd. Dit geldt overigens ook voor de overige PHEV-SUV’s van het merk: de Q5, Q7 en Q8. Onderhuids spiegelt de aandrijflijn zich in de basis grotendeels aan de gelijknamige A-modellen. Voor alle Audi’s plug-ins hoger in de merkhiërarchie geldt: ze zijn ook verkrijgbaar in een krachtigere versie, met dito elektromotor. De elektrische actieradius neemt dan toe tot maximaal 75 kilometer.

Hoeveel kost een Audi hybride?

Nieuwprijzen

Zoals valt te lezen beschikt Audi over een zeer uiteenlopend modellengamma met (plug-in) hybrides. Hierdoor lopen de nieuwprijzen ook zeer uiteen. Om toch een indicatie te geven: zowel de (driedeurs) A3 als de vijfdeurs A3 Sportback TFSI e begint bij zo’n 42.000 euro. Vervolgens dient er een enorme sprong gemaakt te worden naar de Audi A6 TFSI e; die is er namelijk vanaf 72.000 euro. De A6 Avant-stationwagenuitvoering vergt een extra investering van 3.000 euro. Voor een vergelijkbare prijs kun je ook kiezen voor de Audi A7 Sportback TFSI e. Daarna volgt opnieuw een grote stap naar een nieuwe A8 TFSI e. Die kost minstens 132.000 euro. Gaan we over op de Q3 TFSI e, dan komen we uit bij een vanafprijs van 51.000 euro. De Q5 TFSI e kost 20.000 euro meer, terwijl Audi voor de Q7 TFSI e minstens 90.000 euro vraagt. Tot slot de Q8 TFSI e; die kruipt dicht tegen een ton.

Prijzen voor occasions

Met introductiejaar 2011 behoort de Audi Q5 hybrid quattro tot de oudste moderne hybride auto’s. Het gevolg is dat de occasionprijzen van dat model inmiddels betaalbaarder zijn geworden. Op Autoscout24 beginnen de aangeboden exemplaren rond 12.000 euro. Houd dan wel rekening met heel wat kilometers. Meer dan tweeënhalve ton op de klok is eerder regel dan uitzondering. De nieuwere generatie (plug-in) hybrides van Audi zijn een stuk kostbaarder, ook op de occasionmarkt. Een sprong naar meer dan 35.000 euro is zo gemaakt. Dit mede omdat hybride auto’s, ondanks de opmars van EV’s, nog altijd zeer in trek zijn. De waardevastheid neemt hierdoor toe.