Interesse in een Ford Consul
Onze expertise over jouw zoekopdracht
Alternatieve modellen
Model
Aan het begin van de jaren 50 groeide de markt voor gezinsauto’s. Ford of Britain introduceerde daarom tijdens de London Motor Show van 1950 de Ford Consul. Dit was een vierdeurs-sedan met een 1.5 liter 4-cilinder motor die de code EOTA kreeg. Samen met de Zephyr was de Consul de eerste Britse Ford met een moderne unibody-constructie. De meeste Consuls waren 4-deurs sedans, ontworpen door George Walker van de Amerikaanse Ford Motor Company. Carrosseriebouwer Abbott maakte ook een paar stationwagons van dit model. Het bedrijf Carbodies maakte vanaf 1953 een cabriolet-uitvoering van de Consul. De cabriokap moest handmatig open en dicht worden gedaan.
Ford gebruikte voor het eerst nieuwe technologie in de Consul. De nieuwe 1508 cc motor van 47 pk (35 kW) had bovenliggende kleppen en er werd een hydraulische koppeling toegepast, iets wat in 1950 nog heel ongewoon was. De auto had een versnellingsbak met drie versnellingen met synchromesh. De Consul was ook de eerste Britse productie-auto waarin de onafhankelijke MacPherson-voorwielophanging gebruikt werd.
Van binnen was de auto sober ingericht. De zitbank voorin was bekleed met PVC, en de handrem werd bediend door een parapluvormige trekhendel onder het dashboard. Voor de ruitenwissers gebruikte Ford het verouderde vacuümsysteem. Dit werkte via een vacuümpomp die gekoppeld was aan een brandstofpomp die werd aangedreven door de nokkenas. In andere modellen was de vacuümpomp gekoppeld aan het inductie-spruitstuk,
Het oorspronkelijke dashboard was een plat, symmetrisch paneel met een uitwisselbaar instrumentenpaneel en dashboardkastje. Vanaf september 1952 werd een nieuw ontworpen asymmetrisch dashboard gemonteerd. De instrumenten, bestaande uit een snelheidsmeter, ampèremeter en brandstofmeter, werden in een behuizing boven de stuurinrichting geplaatst met een plank over de volle breedte die plaats bood aan een optionele radio.
De Ford Consul werd gebouwd in de fabriek van British Ford in Dagenham. Een nieuwe Consul kostte in de jaren 50 en 60 zo’n 732 pond. Omgerekend naar euro’s komt dat neer op een bedrag van ongeveer 870 euro. Omdat dit een klassieke auto is, zijn ze tegenwoordig meer waard dan vroeger. Een gebruikte Ford Consul kost nu gemiddeld zo’n € 6.500.
Het Consul-model in de jaren 50 en 60
In 1956 verscheen een nieuwe consul met de Ford-code 204E. Dit was de Consul Mark II. De auto was nog steeds het 4-cilinder-submodel van de Zephyr-reeks, en beide modellen deelden dezelfde carrosserie. Vergeleken met de originele Consul had deze een langere wielbasis, een grotere motor van 1.7 L van 59 pk (44 kW). De auto werd opnieuw gestyled met verwijzingen naar de Thunderbird en Fairlane modellen uit 1956.
In 1959 kwam de ‘Lowline’ versie met een verlaagd dakprofiel. De achterlichten waren opnieuw ontworpen en de auto had veel roestvrijstalen elementen. Halverwege 1961 kreeg de auto de naam Consul 375. De cabrio van Carbodies bleef ook leverbaar. In 1957 kwam er een De Luxe-versie met een contrasterende dakkleur en een verbeterde uitrusting. In 1962 stopte de productie van de Consul.
Ford Granada
In april 1972 werd de naam Ford Consul opnieuw gebruikt voor de goedkope uitvoeringen van de Ford Granada. Ford Groot-Brittannië en Ford Duitsland produceerden samen deze auto. De Consul-modellen zijn herkenbaar aan een tweedelige grille. De Granadas hadden een horizontaal rooster van chroom.
Er kwamen ook Consul L- en Consul GT-modellen uit die verkrijgbaar waren als 2-deurs sedan, 4-deurs sedan, 2-deurs coupé en 5-deurs modellen. De Consul Estate stationwagon werd door Ford zelf gemaakt. In 1975 werd de naam Consul opgeheven. Daarna werd de naam Granada voor alle modellen gebruikt.
De Ford Consul en de Vauxhall Victor FE
De Consul concurreerde met modellen zoals de Vauxhall Victor FE en de BLMC 2200. De Victor van Vauxhall liep voor op de Ford, maar verkocht niet even goed. De Victor was altijd een eerlijke, maar ietwat stoere salon, die helaas last had van de ongelukkige reputatie van 'roestbak’. De FE had merkwaardige afmetingen, die ergens tussen een Cortina en Granada in lagen.
Motoren
De Ford Consul EOTA had een 1.5 L 4-cilindermotor van 47 pk/35 kW. Met deze motor haalde de Consul een topsnelheid van 116 km/u. De auto reed in 28 seconden van 0-100 km/u. Het brandstofverbruik ligt op 11 l /100 km.
De Ford Consul Mark II had een 1.7 L 4-cilinder motor van 59 pk (44 kW). Met deze motor haalde de Mark II een topsnelheid van 127,3 km/u en versnelde in 23,2 seconden van 0-100 km/u. Het brandstofverbruik lag op 12,8 l /100 km.
De Ford Granada had verschillende motoren. Zo waren er de Essex V4 van 1663 cc en 1996 cc met respectievelijk 77 en 92 pk. Er was ook een zwaardere Essex V6 van 2495 cc met een vermogen van 118 pk (88 kW)). De Consul GT werd aangedreven door de Essex V6-motor van 2994 cc met een vermogen van 138 pk (103 kW). Eind 1974 werd de Essex V4 vervangen door de 2.0 liter Pinto-motor.
In Duitsland werd de Consul aangeboden met een paar Ford-motoren die in Duitsland gebouwd werden. De eerste was een V4-motor van 1699 cc uit de Ford Taunus 17M. De 2.0 liter 4-cilinder en een Cologne V6 van 2.3 liter waren ook verkrijgbaar.
Uitrusting en opties
De Ford Consul was in 1952 optioneel leverbaar met een radio. In 1960 waren schijfremmen met vacuümservo optioneel.
Voor Ford-liefhebbers en verzamelaars
Ford liefhebbers zullen een gebruikte Ford Consul zeker kunnen waarderen. Deze auto herinnert aan de jaren 50, 60 en 70 van de vorige eeuw, door de het simpele interieur met de typische voor- en achterbanken. Met de 4-cilinder motor kun je lekker toeren en genieten van de omgeving.
FAQ
1. Wat hebben de Ford Consul en de Ford Zephyr met elkaar te maken?
De Consul was het goedkoopste basismodel van de Ford Zephyr-serie.
2. In welke uitvoeringen was de Consul verkrijgbaar?
Als sedan, cabriolet, stationwagon en GT