Land Rover Defender

Goede redenen

• Na bijna 70 jaar heeft Land Rover eindelijk een gloednieuwe Defender, en het spreekt voor zich dat ze daarbij geen half werk konden leveren. Zo is de nieuwe mogelijks nog capabeler op moeilijk terrein dan de oude.

• Dat dankt de Defender grotendeels aan slimme, moderne technologie. Zo kiest het systeem automatisch de rijmodus, blokkeert het vanzelf het juiste differentiëel en beschik je over talloze camera’s om je uithoeken in de gaten te houden.

• Denk echter niet dat de Defender maar één ding kan, want in tegenstelling tot de klassieker is dit nieuwe model ook extreem comfortabel op de weg.

• Voor het eerst kan je een geëlektrificeerde Defender kopen, want de terreinwagen biedt naast een gamma mildhybrides ook een plug-inhybride.

• Dat betekent niet dat de ontwerpers hun inspiratiebron uit het oog verloren zijn: de nieuwe generatie doet nog steeds denken aan de oude Defender, maar combineert dat met een moderne en bijna futuristische styling.

Belangrijke gegevens

Motoren

De nieuwe Land Rover Defender is niet alleen veelzijdiger dan voorheen qua gebruiksgemak, maar ook op motorisch vlak. Zo kan je de terreinwagen vinden met vermogens van 200 tot maar liefst 525 pk, en staat hij op benzine en diesel maar ook als plug-inhybride in de catalogus.

Beginnen we met de benzinemotoren, dan kon je de Defender bij zijn lancering bestellen met de keuze uit twee motoren. De P300-instapper werd voorzien van een 2.0-liter viercilindermotor met 300 pk, en daarboven vond je een 3.0-liter zes-in-lijn met 400 pk in de P400. Later kregen die gezelschap van de P525, die 525 pk haalde uit een 5.0-liter V8-blok met supercharger. Sinds oktober 2021 kan je het 2.0-literblok niet meer bestellen, waardoor de kleinste benzinemotor meteen de 3.0 is. Daardoor verbruik je steeds meer dan 10 l/100 km in een Defender op benzine.

Een gelijkaardig verhaal speelde zich af in het dieselgamma. Zo stond de Defender aanvankelijk in de catalogus met een 2.0-litermotor in het vooronder, goed voor 200 pk in de D200 en 240 pk in de D240. In september 2020 – amper zeven maanden na de lancering – werden alle dieselmotorisaties echter voorzien van een 3.0-liter zescilinderblok. Zo is er nog steeds een D200, maar haalt die zijn 200 pk dus niet langer uit de viercilinder. Ook de nieuwe D250 en D300 halen hun vermogen uit hetzelfde 3.0-literblok, goed voor respectievelijk 249 en 300 pk.

Voor het eerst in de geschiedenis van het model kan je de Defender ook met enige vorm van elektrificatie krijgen. Zo zijn niet alleen alle verbrandingsmotoren behalve de V8 voorzien van mildhybride techniek, maar staat er ook een plug-inhybride in het gamma onder de noemer P400e. Die combineert de 2.0-liter viercilindermotor op benzine uit de oude P300 met een elektromotor voor in totaal 404 pk. Uit zijn accu van 19,2 kWh haalt de plug-in 43 kilometer elektrische actieradius (WLTP). Je kan deze aandrijflijn wel enkel bestellen op de 110-versie van de Defender.

Afmetingen

De nieuwe Defender is geen kleine auto, maar gelukkig kan je zelf kiezen in welk formaat je het model bestelt. Zo biedt Land Rover de keuze uit een driedeurs 90 met korte wielbasis, een vijfdeurs 110 en een nog verlengde 130 met eveneens vijf deuren en acht zitplaatsen. De buitenmaten verschillen natuurlijk aanzienlijk per model, waarbij de 90 een bescheiden lengte van 4,32 meter (zonder reservewiel) laat optekenen, de 110 al flink groeit tot 4,76 meter en de 130 daar nog een schepje bovenop doet met zijn lengte van 5,10 meter. De breedte en hoogte van alle Defenders blijft dan weer gelijk, met respectievelijk 2,0 meter en 1,97 meter.

Zo’n variatie aan buitenmaten leidt natuurlijk ook tot een aanzienlijk verschil in binnenruimte. Zo biedt de 90-versie van de Defender nog ruim plaats voor twee personen voorin, maar wordt het achterin krapper. Met de achterbank rechtop blijft er bovendien slechts 297 liter bagageruimte over. Zoek je meer ruimte, dan biedt de Defender 110 een mooie 786 liter koffervolume achter de tweede zitrij. De 130 is natuurlijk de ruimtekoning: in vijfzitsconfiguratie is er maar liefst 1.329 liter kofferruimte achter de bank, en zelfs met de derde zitrij op zijn plek blijft er nog 389 liter volume over.

Uitvoeringen

Het Defender-gamma bevat meer uitrustingsniveau’s dan je op twee handen kan tellen. We pikken er dus de belangrijkste uit. De basisversie heet kortweg ‘Defender’ en is op het moment van schrijven enkel te bestellen op de P400e plug-inhybride. Het bevat meteen een aanvaardbare uitrusting met bijvoorbeeld 19-inchvelgen, cruise control, een 360°-camera en verkeersbordherkenning. Als subniveaus van de ‘Defender’-versie vind je ook ‘Defender S’ en ‘Defender SE’ in het aanbod, die telkens iets meer uitrusting toevoegen zoals keyless entry/go en kunstlederen bekleding, en 20-inchvelgen en LED-dagrijlichten. Boven het ‘Defender’-aanbod vind je de ‘X-Dynamic’-versies, die een iets ruiger sausje over het model gieten. Ook die zijn verkrijgbaar in S- en SE-versies met telkens wat meer uitrusting. Klim je nog wat hoger, dan vind je de ‘Defender X’ en ‘Defender XS Edition’ als topversies van het reguliere gamma. De V8-modellen hebben dan weer hun eigen uitrustingsniveaus, gaande van kortweg ‘Defender V8’ tot het full-option ‘Defender V8 Carpathian Edition’.

Prijzen

De Defender is er aanzienlijk duurder op geworden, niet alleen sinds de lancering van de hoogtechnologische nieuwe generatie maar ook sinds het schrappen van de kleinere motoren. Zo moet je tegenwoordig tenminste 68.528 euro over hebben voor een gloednieuwe Defender, en voor dat geld krijg je ook nog maar de korte 90-versie. Die verschijnt dan in ‘Defender SE’-trim met de D200-motorisatie onder de kap. Voor een langere 110 met dezelfde specificaties betaal je dan weer minstens 74.300 euro, en een 130 start aan 89.500 euro en krijgt meteen de D250-motor mee. Moet je Defender een V8 hebben, dan betaal je minstens 137.200 euro voor een 90 en 141.200 euro voor een 110.

Ga je op zoek naar een tweedehands Defender van de nieuwe generatie, dan ben je niet zoveel goedkoper af. Zo kan je met enig geluk een vroeg exemplaar met een dieselmotor oppikken vanaf zo’n 50.000 euro, maar het merendeel van de gebruikte Defenders vind je pas boven de 70.000 euro. Dat dankt het model niet alleen aan zijn iconische status, maar ook aan het feit dat heel wat kopers zo’n terreinwagen rijkelijk uitrusten met allerhande accessoires en opties.

Design

Buitenzijde

De nieuwe Land Rover Defender mag dan een volledig losstaand model zijn van zijn iconische voorganger, toch herken je meteen dat het om een Defender gaat. Hij houdt vast aan de stompe, utilitaire vormen, terwijl je aan de afgeronde hoeken en de knappe LED-verlichting merkt dat het model klaar is voor moderne kopers. Daarnaast is er nu ook een model voor elke gezinsvorm, want terwijl de 90 vooral interessant is voor koppels en de 110 genoeg ruimte biedt voor middelgrote gezinnen, kan nu ook het grotere gezin gaan offroaden dankzij de 130-versie met acht zitplaatsen.

Binnenzijde

Reken dus op zeeën aan ruimte binnenin Defenders van het 110- of 130-type, en ook op het nodige comfort. Zo wordt ieder exemplaar standaard uitgerust met elektrisch verstelbare zetels voorin, en kan je de nodige snufjes zoals zetelverwarming en -verkoeling, stuurverwarming en massagestoelen bestellen. Ook de rest van de cabine is trouwens mee met zijn tijd, en dat blijkt al uit de schermen. Elke Defender heeft namelijk een groot aanraakscherm middenin het dashboard, en een digitaal bestuurdersdisplay achter het stuur. Toch herinnert de stijl nog aan simpeler tijden met grote knoppen, robuuste materialen en zelfs makkelijk toegankelijke schroeven om het vervangen van beschadigde interieurpanelen te vereenvoudigen.

Veiligheid

De Defender mag er dan wat uitzien als een grote, vierkante doos, maar je zit er weldegelijk veilig. Zo haalde de terreinwagen bij zijn laatste Euro NCAP-crashtests, in 2020, de topscore van vijf op vijf sterren. Dat dankt hij aan een resem van standaard gemonteerde veiligheidsaccessoires, zoals een noodremassistent, een rijstrookassistent en dodehoeksensoren.

Alternatieven

Als rasechte terreinwagen heeft de Land Rover Defender niet zoveel concurrenten meer. Zo biedt Jeep de iets betaalbaardere Wrangler aan, die echter niet even veel comfort biedt als de Defender. Mag het dan weer duurder zijn, dan kan je bij Mercedes gaan shoppen voor een minstens even iconische G-Klasse. Toyota’s capabele Land Cruiser is ook een concurrent, maar de generatie die in Europa verkrijgbaar is begint langzaamaan ouderdomstekenen te vertonen.