Sterke punten
- Wankelmotor
- Prestaties
- compact en licht
Zwakke punten
- Verbruik
- Stoelen voor
- Koffer
Interesse in een Mazda RX-7
Onze expertise over jouw zoekopdracht
Goede redenen
Die Wankelmotor was dus een plus, want wanneer hij goed verzorgd werd was hij in staat stevige prestaties neer te zetten.
Die prestaties waren er al bij de eerste generatie, later werden ze steeds extremer, waarbij Mazda de weg vond naar de racerij. Een 14e plaats in de 24u van Le Mans was daar de kers op de taart en betekende ook een doorbraak voor Mazda in Europa als het om het sportieve segment ging.
Mazda hield de RX-7 compact en licht, vooral bij de eerste generatie. Dat droeg bij aan de rijervaring en het zorgde er ook wat voor dat het verbruik gedrukt werd.
Belangrijke gegevens
Motoren
De Wankel-motor was dus het paradepaardje van de Mazda RX-7. Hoogtoerig en licht, was hij in staat om van bij de lancering 105 en later 115 pk en 152 Nm op de achterwielen voort te brengen. Met een cilinderinhoud van slechts 1.100 cc moest dat vermogen opgewekt worden bij een toerental van 4.000 rpm.
Later, bij de tweede generatie, werd het vermogen van de Wankel-motor vergroot door hem meer volume te geven. Een cilinderinhoud van 1.300 cc was het resultaat. Een atmosferische variant bracht 150 pk voort. In Japan produceerde de motor dankzij een turbo 185 pk, in Europa werd dat beperkt tot 180 pk met diezelfde turbo. Later, begin jaren 90 was er een krachtigere versie die 200 pk voortbracht.
De derde en laatste generatie droeg een twin-turbo architectuur mee, waarmee het vermogen tot 241 pk bij 6.500 rpm en 296 Nm bij 5.000 rpm gebracht werd, nog steeds uit een 1.300 cc grote Wankel-motor. De aandrijving liep nog steeds op de achterwielen, schakelen ging altijd met een manuele versnellingsbak. In 1994 werd de RX-7 van de Europese markt gehaald. De productie voor Japan liep echter verder, met vermogensversies tot 285 pk en een einddatum die pas in 2002 viel.
Afmetingen
De Mazda RX-7 was geen grote auto, dat was ook niet de bedoeling van Mazda. Vanwege de Kei-car regeling werden Japanse automerken aangemoedigd om kleine en lichte wagens te bouwen, ook de kleine motorisatie was in Japan fiscaal voordelig.
In 1978 was een Mazda RX-7 4,3 meter lang en 1,26 meter hoog, de breedte bedroeg 1,67 meter. Het zal je verbazen maar de tweede generatie RX-7 was kleiner dan zijn voorganger. De tweede generatie was namelijk 4,29 meter lang en even hoog en breed als de eerste generatie. Ook de derde generatie was met zijn 4,28 meter kleiner dan zijn voorgangers.
Qua gewicht liep alles dan weer wel in oplopende lijn; waar de RX-7 in 1987 nog 1.045 kilogram woog, was dat in 1986 al 1.210 kilogram en de turboversie van de tweede generatie tikte net als de derde generatie de 1.300 kilogram aan. De bagageruimte was beperkt in de Mazda RX-7, met een volume tussen de 121 en 200 liter. De brandstoftank van de eerste generatie was begroot op 55 liter, maar vanwege zijn stevige verbruik van 11 l/100 km werd dat bij de volgende generaties vergroot tot 72 liter.
Varianten
Bij de Mazda RX-7 waren er geen uitrustingsniveau’s in ons land, daar was de markt simpelweg niet groot genoeg voor in tijden dat de wagens nog lang onderweg waren per boot. Eén versie, en dat was het. Bij de tweede generatie was er wel keuze tussen een atmosferische en een turbogeblazen Wankel-motor. De tweede generatie kende ook een cabriolet die enkel met de Turbo-motor te krijgen was. Om vervolgens bij de derde generatie weer terug te vallen op één versie voor onze markt.
Tweedehandsprijzen
De Mazda RX-7 is niet dikgezaaid op de tweedehandsmarkt. Mede daardoor zijn ze erg gegeerd en dat duwt de prijs natuurlijk omhoog. De eerste generatie vind je niet voor minder dan 17.000 euro, al krijg je dan wel een erg net exemplaar. De tweede generatie is iets goedkoper, maar reken toch snel 10.000 euro voor een atmosferisch exemplaar dat in orde staat. De Turboversie kost een paar duizend euro meer en een cabrio gaat al snel boven de 20.000 euro. De laatste generatie is de duurste, met prijzen van 20.000 tot 30.000 euro, er bestaan ook speciale JDM-tuningkits die de prijs alleen maar opdrijven. Bedankt, The Fast and the Furious.
Design
Buitenzijde
Bijna een half miljoen exemplaren zijn er gebouwd van de eerste generatie Mazda RX-7. De kleine sportieve coupé was destijds erg gegeerd en zag er ook cool uit. Klaplichten vooraan, vrolijke achterlichten en een kofferklep die eigenlijk niet meer was dan de achterruit die open ging, wat wil je nog meer?
De tweede generatie nam die klapkoplampen over, maar hij kreeg verduisterde de achterlichten. De plastic jaren 80 saus viel ook hem ten deel en dat zie je aan de bumpers. Bij de derde generatie waren die dan weer beter uitgewerkt met een stevige diffusor achteraan en een splitter voorop. Die derde generatie was ook veel afgeronder dan zijn voorgangers, al bleef hij ook de frameloze ramen en ruit-als-kofferklep behouden.
Binnenkant
Binnenin werd alles summier gehouden. Al van bij de eerste generatie vond je een erg verticaal gepositioneerd dashboard waar de tellers de aandacht trokken. Was de eerste generatie nog voorzien van stoffen zetels, dan waren die tegen de derde generatie vervangen door sportieve kuipzetels.
Veiligheid
De Mazda RX-7 was vanwege zijn sportieve karakter uitgerust met schijfremmen. Gordels kreeg hij ook, zelfs achterin, de tweede en derde generatie waren voorzien van ABS. Maar verder moest je van veiligheidssnufjes niet teveel verwachten, dat was in de jaren 80 nog geen probleem op sportauto’s.
Alternatieven
Wie naar de Mazda RX-7 kijkt zal ook alternatieven als de Honda NSX in overweging kunnen nemen. Ook de Nissan 200 SX was in de jaren 80 een te overwegen concurrent, net als de Porsche 924 en 944. De laatste versie van de RX-7 was een geduchte tegenstander van de Toyota Supra en Nissan 300 ZX.