Saab 9-3

Goede redenen

• Mag het ook eens iets anders zijn? Dan zit je in een Saab 9-3 niet verkeerd. Hij biedt het formaat en het gebruiksgemak van een BMW 3 Reeks of Mercedes C-Klasse van die tijd, maar giet er zijn eigen, sportieve sausje over heen.

• Dat individualisme begint al bij het design, want met name na de facelift van 2008 ziet de 9-3 er tijdloos knap uit. Daardoor schat de omstaander hem ook vandaag vaak jonger in dan hij is.

• Wie Saab zegt, zegt turbo. Ook de 9-3 beschikt over een gamma aan potente turbobenzineblokken, gaande van een 2.0-liter viercilindermotor tot de machtige 2.8-liter V6 in de 9-3 TurboX.

• Dat betekent echter niet dat de 9-3 een knalharde sportwagen is, want de nadruk lag even sterk op comfort en ergonomie. Zo staat Saab er ook vandaag nog om bekend de beste stoelen uit de autosector te hebben geproduceerd.

Belangrijke gegevens

Motoren

De Saab 9-3 werd ook in zijn tweede generatie gebouwd op een basis van General Motors, en deelt dus een deel van zijn techniek met de Opel Vectra van die tijd. Saab goot wel zijn eigen sausje over het motorengamma, waardoor enkel sterkere blokken overbleven.

Zo is de zwakste benzinemotor, een 1.8-liter viercilinder, meteen 122 pk sterk. Het gaat in dat geval wel om een atmosferisch blok, dat allesbehalve sportieve sensaties teweeg weet te brengen en een verrassend hoog verbruik laat optekenen. De turbobenzines beginnen daarentegen vanaf de 1.8t, die verwarrend genoeg een 2.0-liter viercilinder turbomotor krijgt met 150 pk. Daarboven staat de 2.0t, met dezelfde motor maar wel 175 pk aan vermogen. De 2.0T maakt het rijtje viercilinders ten slotte af met een grotere turbo, goed voor 210 pk. De sterkste benzinemotor is dan weer de 2.8-liter V6, die aanvankelijk 250 pk kreeg en na de facelift opgekrikt werd tot 280 pk voor de speciale TurboX-versie. Die beschikte ook over vierwielaandrijving, een optie die verder ook voor de 2.0T verkrijgbaar was terwijl de andere modellen het op voorwielaandrijving hielden. Na de overname van Saab door NEVS kwam de 9-3-productie terug even op gang van 2013 tot 2014, en toen rolde het model van de band met de 220 pk sterke 2.0-litermotor uit de Saab 9-5.

Het dieselgamma begint bij de 2.2 TiD met 125 pk, een motor die slechts vanaf de lancering in 2002 tot 2004 verkrijgbaar was. Die werd nadien afgelost door de 1.9 TiD die er in twee smaakjes kwam: als achtklepper met 120 pk en als zestienklepper met 150 pk. Na de facelift in 2007 kreeg deze motor gezelschap van de 1.9 TTiD, een variatie met twee turbo’s die het tot 180 pk schopte.

Naast de coventionele benzine- en dieselmotoren zette Saab ook in op bio-ethanol als brandstof. Zo boden de Zweden twee aangepaste benzinemotoren aan: de 2.0t BioPower en de 2.0T BioPower. Die eerste haalde 175 pk en de tweede motor produceerde tot 220 pk.

Afmetingen

De Saab 9-3 bevond zich in het premium D-segment, en nam het dus op tegen modellen als de BMW 3 Reeks, Audi A4 en Mercedes-Benz C-Klasse. Met zijn lengte van 4,63 meter, breedte van 1,76 meter en hoogte van 1,47 meter paste de sedan ook mooi tussen zijn concurrenten. De Cabriolet-versie was precies even lang, en de 9-3 was er ook als break – of ‘SportCombi’ – die een paar centimetertjes in de lengte en in de hoogte toevoegde. De hoogste 9-3 was echter de 9-3X, een crossoverversie die in 2009 gelanceerd werd en naast een hogere ophanging ook steeds vierwielaandrijving bood.

Ook qua binnenruimte kon de Saab 9-3 opboksen tegen zijn veelal Duitse concurrenten. Zo biedt de sedan een mooie 425 liter kofferruimte, waarmee hij maar net moest onderdoen voor een Audi A4 of BMW 3 Reeks van die tijd. De break biedt vreemd genoeg een kleiner cijfer met slechts 419 liter, al slaat dat enkel op de ruimte tot de gordellijn van de auto. Met de achterbank ingeklapt en tot aan het plafond berekend, krijg je er tot 1.273 liter volume. De Cabriolet is natuurlijk de minst handige, want daar moet je het stellen met 235 liter.

Varianten

De Saab 9-3 kreeg doorheen zijn leven van 2002 tot 2014 twee facelifts. De initieel gelanceerde versie was er als sedan, break en cabrio. Na de facelift in 2007 voegde Saab de crossoverversie toe onder de noemer 9-3X en de TurboX als sportieve topversie. In 2011, net voor de ondergang van Saab, volgde een tweede facelift om het model wat meer in de pas te laten lopen met de pas gelanceerde 9-5. Toen kreeg die 9-3 het suffix ‘Griffin’ achter zijn naam. In die laatste vorm ging de auto ook even terug in productie van 2013 tot 2014, het zij met een nieuwe motor en een aantal minieme aanpassingen.

Prijzen

De Saab 9-3 is momenteel natuurlijk niet meer nieuw verkrijgbaar, dus je bent aangewezen op de tweedehandsmarkt indien je er eentje wil. Daar merk je al snel dat de prijzen enorm uiteenlopend zijn. Dat ligt eraan dat Saab als uitgestorven liefhebbersmerk een zekere cult-status verworven heeft. Zo vind je de 9-3 van voor de eerste facelift gemakkelijk terig voor 3.000 à 4.000 euro, maar wordt voor nieuwere modellen vaak heel wat meer geld geboden. Na de eerste facelift van 2007 is een goed bewaard exemplaar bijvoorbeeld al 6.000 tot 8.000 euro waard, en één van de latere Griffins kost soms tot 15.000 euro. Het grootste collector’s item is echter een 9-3 van de beperkt gebouwde NEVS-reeks uit 2013 en 2014. Heb je het geluk om er zo eentje te vinden, dan mag je rekenen op 25.000 tot soms zelfs 30.000 euro.

Design

Buitenzijde

De Saab 9-3 II is een auto met meerdere gezichten. Bij zijn lancering in 2002 verscheen hij namelijk met een compleet andere vorm dan de uitgaande 9-3, die er eerder een coupélijn op nahield terwijl deze nieuwkomer het traditioneler speelde. Ook het lijnenspel was weinig inspirerend, en de 9-3 werd maar lauw onthaald. Daar veranderde de facelift in 2007 alles aan, want de auto kreeg een volledig nieuwe neus die met zijn scherpe lijnen terug deed denken aan de Saabs van weleer. Als break paste die nieuwe snuit nu perfect bij de individualistische vormgeving van de achterzijde, met zijn puntige en rechtopstaande verlichting.

Binnenzijde

Je kan niet over een Saab spreken zonder tenminste één keer naar vliegtuigen te verwijzen – de ontwikkeling waarmee Saab oorspronkelijk groot geworden is. Die gelijkenis wordt vooral duidelijk in de cabine, waar het dashboard om je heen gevormd zit als een ware cockpit. Om die reden zijn ook de meters minimalistisch gehouden en verlicht in het groen, terwijl je ze ’s nachts kan beperken tot het absolute minimum met een druk op de ‘Night Panel’-knop. Nog een typisch Saab-kenmerk is centraal in de middenconsole gemonteerde contactsleutel, die daar enerzijds zit om te vermijden dat je bij een aanrijding de knie zou verbrijzelen tegen de sleutel, en anderzijds om de ergonomie te bevorderen zodat je niet voorover moet leunen wanneer je de auto start. Ook de zetels schreeuwen trouwens ergonomie, want beter kan je in een auto van die tijd niet zitten dan in een Saab.

Veiligheid

Veiligheid was één van de stokpaardjes van Saab, al sinds het onstaan van het merk. Dat merk je ook aan de 9-3, die in zijn tweede generatie ging lopen met de topscore van vijf op vijf sterren bij zijn Euro NCAP-botsproeven. Dat dankte het model niet alleen aan de gewoonlijke kreukelzones en airbags, maar ook aan het anti-whiplash-systeem in de hoofdsteunen en aan de A-stijlen langs de voorruit, die bij Saabs steeds extra verstevigd worden. Bovendien was de 9-3 Cabriolet destijds de veiligste cabrio op de markt dankzij de automatische rolbeugel en zij-airbags die boven de gordellijn verschenen.

Alternatieven

Aangezien de Saab 9-3 in het premium D-segment speelde, zijn de Mercedes-Benz C-Klasse, Audi A4 en BMW 3 Reeks van die tijd de grootste concurrenten. Ook de Volvo S40 en V50 mogen we echter niet vergeten, want dat waren eveneens Zweedse auto’s met een sterke nadruk op veiligheid. Kijken we specifiek naar de 9-3 Cabriolet, dan kon je bij Volvo terecht voor een C70, bij Audi voor een A4 Cabrio en bij BMW voor een 3 Reeks Cabrio.