TVR

Bijzonderheden van het automerk TVR

• Krachtige roadsters volgens klassiek concept
• Opvallende designs en ongebruikelijke materiaalkeuzes
• Iconische Britse sportwagenfabrikant

Historie TVR

TVR werd opgericht in 1946, toen nog onder de naam Trevcar Motors – naar oprichter Trevor Wilkinson. Destijds was dat nog een algemeen ingenieursbedrijf dat zich bezighield met meer dan alleen voertuigen. In 1947 kwam een lokale autoliefhebber in het bedrijf en werd de naam gewijzigd in TVR Engineering, waarbij TVR een verkapte afkorting is van Trevcar. In 1949 verscheen de eerste auto met een zelf ontwikkeld chassis, aangevuld met onderdelen van verschillende bestaande merken. In 1953 kwam het voor het eerst van een kleine serieproductie waarbij de aandacht vooral werd getrokken door een opvallend chassisontwerp en een carrosserie van glasvezel.

In de loop van de jaren vijftig werd TVR langzaam maar zeker steeds groter. TVR breidde uit naar markten buiten Europa en werd ook steeds actiever in de racerij. De productie kon deze groei echter maar met moeite bijbenen en ook financieel hield TVR het hoofd maar net boven water. In 1964 zorgde een staking in de Amerikaanse haven ervoor dat de export vrijwel stilviel, waardoor TVR ook toeleverancier Ford niet meer kon betalen. Die stopte de leveringen, waardoor de TVR-productie volledig stil kwam te liggen. In 1965 ging TVR failliet.

Een nieuwe eigenaar maakte een doorstart mogelijk en vooral in de jaren zeventig en tachtig bloeide het merk weer op, al was er financieel nog steeds maar weinig speelruimte. De modellen van het merk bleven trouw aan de oorspronkelijke TVR-modellen: lichtgewicht sportauto’s met een carrosserie van glasvezel en een opvallende vormgeving. In 1981 en 2004 wisselde het merk nogmaals van eigenaar. Helaas kromp rond die tijd ook de markt voor dergelijke sportauto’s maakte het merk enkele organisatorische fouten. In 2006 kwam de productie weer volledig stil te liggen. In 2013 wisselde TVR nog eens van eigenaar. Daarna volgen enkele kwakkeljaren waarin regelmatig een herstart van de productie werd aangekondigd. In 2018 presenteerde TVR zelfs een volledig nieuwe Griffith. Veelbelovend, maar de productie moet nog altijd van start gaan.

Modellen en varianten

TVR heeft in zijn roerige geschiedenis talrijke modellen geproduceerd. Zowel voor op de weg als op het circuit. De overeenkomst tussen al deze modellen is dat het lichtgewicht sportauto’s zijn met een (in ieder geval verhoudingsgewijs) krachtige motor en een glasvezel carrosserie met vaak opvallende vormgeving. De bekendste TVR-modellen zijn de Tuscan, M-serie en Griffith. Nadat in 2006 de productie stopte, bleef het lang stil. Tot 2018 toen een volledig nieuwe Griffith werd onthuld; een veelbelovend model. De nieuwe Griffith heeft traditiegetrouw een lichtgewicht constructie met koolstofcomposiet carrosseriedelen. Een krachtige 5,0-liter V8 met ongeveer 500 pk zorgt voor de aandrijving. Van daadwerkelijke productie is het echter nog altijd niet gekomen.

Prijzen

Nieuwprijzen

De modellen van TVR zijn nooit echt goedkoop geweest. De TVR Chimaera had in 1994 bijvoorbeeld een vanafprijs van zo’n 65.000 euro en dat kon, afhankelijk van de uitvoering, oplopen tot ruim 85.000 euro. De laatste TVR-modellen die nog in Nederland werden geleverd, zijn de Tuscan en Sagaris, met vanafprijzen van respectievelijk ca. 100.000 euro en 135.000 euro. De nieuwe TVR Griffith had zelfs een beoogde Nederlandse vanafprijs van 225.000 euro. Mocht het model ooit nog in productie gaan, dan zal die prijs wel wat hoger uitvallen. Al is het maar door inflatie en verhoogde belastingen.

Prijzen van occasions

Als occasion is een TVR gelukkig een stuk beter bereikbaarder, al gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat het aanbod beperkt is. Naar sommige modellen is het echt zoeken; hiervoor zul je vooral over de grens moeten kijken. Het voordeligste TVR-model is de Tasmin, net als aanverwante modellen uit de jaren tachtig. Een goed onderhouden exemplaar is er al voor minder dan 10.000 euro. De genoemde Chimaera uit de jaren negentig is te vinden vanaf zo’n 20.000 euro en een bekend model zoals de (oorspronkelijke) Griffith heeft een vraagprijs van ruim 30.000 euro. Dit zijn echter slechts indicaties. De prijs voor een specifiek exemplaar hangt echt sterk af van de specifieke uitvoering en de staat van de auto.

Alternatieven

De meest voor de hand liggende alternatieven voor TVR zijn de (vele) andere traditionele Britse sportwagenmerken. Denk aan MG, Triumph en natuurlijk Lotus. Er waren ook nog talrijke kleinere fabrikanten. Lotus bestaat als een van de weinige daarvan nog altijd en houdt bovendien het concept van lichtgewicht sportauto’s zo veel mogelijk in leven. MG ook wel, maar dat is inmiddels een merk dat uitsluitend ‘gewone’ auto’s levert, met een sterke focus op elektrische aandrijving.