Sterke punten
- Achterwielaandrijving
- Transaxle architectuur
- Prima motor
Zwakke punten
- Windgeruis
- Oubollig imago
- Bladveren achteraan
Volvo 340 Een overzicht
Bekijk hier een compleet overzicht van de auto Volvo 340, inclusief details van de belangrijkste kenmerken, motorisering, uitrusting en andere nuttige informatie over het model. Lees verder
Actueel aanbod voor Volvo 340
-
Volvo 340 340 DL Como
€ 1.750,-Geen informatie- 220.000 km
- 11/1989
- 50 kW (68 PK)
- Tweedehands
- 1 vorige eigenaar
- Manueel
- Benzine
- - (l/100 km)
- - (g/km)
Particulier, BE-8900 Ieper -
Volvo 340 1.4 GL Automatique
€ 2.200,-Finale publieke prijs alle kosten en taksen inbegrepen. Geen informatie- 102.000 km
- 10/1988
- 52 kW (71 PK)
- Tweedehands
- 1 vorige eigenaar
- Automatisch
- Benzine
- - (l/100 km)
- - (g/km)
Handelaar, BE-1600 Sint-Pieters-Leeuw
Interesse in een Volvo 340
Onze expertise over jouw zoekopdracht
Alternatieve modellen
Goede redenen
Vooral met zijn 360 GLT (Volvo gebruikte de 6 in zijn typering om de top van het 300 gamma te onderscheiden van de rest) had Volvo een prijsbeest in huis die zelfs de jongeren kon bekoren. Van een auto met oorspronkelijk alleen een Variomatic automaat van Daf, naar een 125 pk sterke versie met een handgeschakelde 5-bak.
Volvo bouwde, net als Alfa Romeo en Porsche zijn versnellingsbak net voor de achterbrug in, dat leverde een betere gewichtsverdeling en een gezonde wegligging en bochtgedrag op.
Het interieur was destijds modern van lay-out en met onverwoestbare materialen afgewerkt. Vandaag zou dat plastiekerig heten, toen was het vooral vrij van piepjes en kraakjes.
De stoelen van de 360 GLT waren maatstafgevend. Prima steun langs alle kanten hielden ze de chauffeur op zijn plaats en tegelijk waren ze net comfortabel genoeg voor lange ritten.
Belangrijke gegevens over de Volvo 340
Motoren
De eerste benzinemotor kocht Volvo bij Renault: een 1.4-liter met carburator. 70 pk sterk en goed voor 150 km/u. Die motor werd alleen aan een Daf-versnelling gekoppeld en had een koudstart met choke. Vanaf 1980 kwam de 2.0 l motor uit de Volvo 240 ook in de 340 serie terecht. Nog steeds carburator gevoed, 92 pk sterk en goed voor een top van 180 km/u. Tussen de 1.4 en de 2.0 l kwam later de 1.7 l van Renault, 80 pk sterk en tot het einde van de reeks beschikbaar. De krachtigste motor bleef de GLT, 115 pk sterk, dankzij de multipoint inspuiting.
Er kwam ook nog een diesel piepen: een 1.6 l van Renault, 54 pk sterk.
Afmetingen
De 340/360 was 4,32 m lang, 1,67 m breed, 1,4 m hoog en woog 1 ton. In de koffer kon 362 l, en die was uitbreidbaar met de neerklapbare achterbank tot ruim 1.000 l. Alleen liet de afdekplaat zich lastig demonteren. In de tank kon 45 l en dat was voor de 360 motoren net voldoende om 500 km te halen.
Varianten
Alleen al van de 360-serie had je 4 varianten in de afwerking: 360, 360 GL, 360 GLT (de sportieve uitvoering), 360 GLE, de meest luxe, al moeten we ons daar niet te veel bij voorstellen. Elektrische ruitenheffers vooraan, elektrisch verstelbare buitenspiegels, betere stoffen op de stoelen, dan hield het op. Bij de 340-serie had je DL, GL en GLS, de oude 240 benaming, met steeds meer luxe: zo had de GL een toerenteller en een klokje, achterruitverwarming en centrale portiervergrendeling. De 300 serie werd zowel in 3-, 4-, als 5-deurs auto gebouwd en er hebben meer dan een miljoen exemplaren de Volvo-fabriek in Born verlaten.
Prijzen
Einde jaren 80 ging de goedkoopste Volvo 343 voor omgerekend € 11.500 van de hand, de 360 GLT mocht al ruim € 15.000 kosten. **Tweedehands kan je al een 340 kopen tussen 2.000 en € 3.000, een 360 GLT kost gemiddeld zo’n € 5.000 tot € 7.000 maar je moet er bijna altijd voor naar Duitsland of Nederland.
Design
Buitenzijde
Op de flanken vielen vooral de matzwarte flinke beschermstrips op, aan de achterkant kreeg met name de 360 GLT een al even matzwarte spoiler. De 4-deurs was een klassieke sedan met weinig fantasietjes. Aan de voorzijde was het typische Volvo-radiatorrooster prominent aanwezig, bij de GLT waren er zelfs breedstralers gemonteerd. De meeste 340’s kregen gewoon stalen wielen, de GLT lichtmetalen velgen. De 340/360 serie is nooit ontworpen om op te vallen, integendeel, de vorm volgde de functie.
Binnenkant
Op het dashboard viel vooral de batterij verklikkers op die over de gehele lengte boven de 2 ronde klokken huisden. Het geheel werd vervoledigd met links en rechts kleine klokken voor de benzinemeter, water- en olietemperatuur. Het was overzichtelijk en prima informerend. In de middenconsole plaats voor ventilatieroosters, verwarming met schuifknoppen, een elektrisch klokje, een radio en een diep bergvak achter de pook. Een riant handschoenkastje maakt het geheel aan de rechterkant af. Stoelen waren goed getekend, goed verstelbaar en de achterbank neerklapbaar. Volvo liet zijn plastic afwerking er toch enigszins rijkelijk uitzien, het geheel was degelijk, Duits bijna.
Veiligheid
Veiligheidsgordels, automatisch oprolbaar, een paar ferme bumpers, kreukelzones voor en achter, daar moest de burger het mee stellen qua passieve veiligheid. Actief veilig? Dan mochten alleen remschijven vooraan en het gezonde verstand van de chauffeur meetellen. Van Euro Ncap was in die jaren nog geen sprake. Volvo deed zelf botsproeven en die lieten een goed resultaat zien.
Alternatieven
De sportieve 360 GLT mocht zich meten met de GTI’s van deze wereld: Opel Kadett (GSI), VW Golf, Peugeot 205, Renault 9 Turbo en zelfs de Citroën Visa Mille Pistes of Ford met de Escort XR3. De gewone 340/360 hadden hun handen vol met de VW Jetta, de Renault 11, de Citroën BX, de Peugeot 306, de Toyota Carina, de Nissan Bluebird, de Mazda 323, …, ongeveer iedere constructeur had wel een exemplaar dat min of meer in het plaatje paste.