De nieuwe Audi A5 biedt eindelijk wat de oude A4 die hij vervangt miste: een oplaadbare hybride aandrijflijn. Daarbij neemt het merk met de vier ringen geen risico’s. Niet op het vlak van vermogen, noch op het vlak van elektrisch bereik...
Twee vermogens
Moest je de memo hebben gemist: de Audi A4 werd vorig jaar vervangen door een nieuwe generatie die meteen ook als A5 door het leven gaat. Hij speelt in het premium D-segment, komt er als berline en Avant en krijgt benzine-, diesel- en plug-inmotoren onder de kap. Bij de introductie tekende alleen de diesel en benzine present, nu is het tijd voor de stekkerversie. Nu ja, twee stekkerversies.
De twee varianten delen dezelfde technologie, maar hun vermogen verschilt. Ze zijn gebaseerd op de combinatie van een 2,0-liter viercilinder benzinemotor met een vermogen van 252 pk en een elektromotor van 105 kW (143 pk) die is ondergebracht in de 7-traps versnellingsbak met dubbele koppeling. Na een staaltje ingenieurskunst produceert de A5 eHybrid 299 pk of 367 pk. Beide versies worden standaard geleverd met quattro vierwielaandrijving.
110 km actieradius
De kracht van een oplaadbare hybride ligt niet alleen in het vermogen, maar ook in de actieradius. In dat opzicht rust Audi zijn A5 eHybrid uit met een grote 25,9 kWh (bruto) batterij die een actieradius tot 110 km biedt. Gezien de omvang van de auto wordt er echter bezuinigd op de bagageruimte. Die daalt van 476 naar 361 liter in de Avant stationwagen.
Dat is een kleine prijs voor een CO2-uitstoot van minstens 45 g/km. Over prijzen gesproken: de Audi A5 Hatch eHybrid quattro is verkrijgbaar vanaf € 60.500, terwijl de stationwagon € 1.650 meer kost.