Groep B was de absolute machotijd in het WK rally: de Ford RS200, Lancia Delta S4, Peugeot 205 T16 en de Audi Quattro natuurlijk. Turbomonsters die zich sissend en grommend een weg baanden door drommen toeschouwers. Tot het misliep. In 1986 verongelukte zowel Henri Toivonen met de Delta in Corsica, nadat Santos eerder dat jaar in Portugal in het publiek was beland bij een ongeval, met vier doden tot gevolg. De FIA schrapte groep B en diens opvolger, groep S, voor 1987.
Le Mans in het bos
Groep S was visueel nog extremer dan groep B. Nog meer vrijheid in de reglementen leidde quasi tot Le Mans prototypes die klaar stonden om Kielder Forest te bestormen. Audi, dat klop kreeg van Peugeot en Lancia, besloot om zijn 2.1 vijfcilinder motor uit de Quattro centraal achterin te bouwen in dit Groep S prototype, dat werd voorbereid voor het seizoen 1987. Het koetswerk is van plastic, rond een stalen buizenframe. Hij weegt nauwelijks 1.000 kilogram.
Eerste kilometers
Met de Quattromotor leverde de Groep S Audi makkelijk 320 pk, maar het zag er naar uit dat de FIA een maximumvermogen van 300 pk zou opleggen, in een kleinere motor. Praat voor de vaak, want de FIA koos uiteindelijk voor groep A. Audi hield de rallysport op topniveau voor bekeken en borg de Groep S op. Vorige maand reed hij een demorondje met Walter Röhrl achter het stuur in het Eiffel Rally Festival. Tot dan had hij 28 kilometer op de teller. Ook Toyota had met de MR een Groep S in de steigers, net als Opel met de Astra en Lancia met de Delta.