Het is alweer 10 jaar geleden dat Caterham de heftige Seven 485 lanceerde. Die was “heftig” omdat hij voorin - naar Caterham-normen - een gigantische atmosferische 2-liter benzinemotor van Ford herbergde. Het einde voor de atmosferische Caterham is echter in zicht. Al gaat dat niet zonder nog een Final Edition uit de schuur te schudden.
Recept voor plezier
Ben je niet mee in de line-up van Caterham? Geen probleem! De Seven 485 krijgt voorin een 2-liter viercilinder Duratec benzinemotor zonder turbo die 225 pk naar de achterwielen mag sturen. In een zeepkist met het gewicht van een schoenendoos begrijp je natuurlijk dat dit een recept is voor ongelooflijk veel plezier.
Om er zeker van te zijn dat ook de laatste potentiële klanten er nog van kunnen genieten zal Caterham nog 85 exemplaren bouwen. 60 daarvan zijn Final Editions, 25 stuks zijn meer op circuit geënte CSR’s. Met een sprint van rond de 4 seconden en een top boven de 220 km/u is dit dé beste manier om je haren te drogen in de wind!
Alleen maar EV in de toekomst?
Met een startprijs van 67.495 euro in Europa is dit zeker geen goedkoop speeltje, maar je koopt wel een stukje Caterham-geschiedenis. Wat de toekomst brengt? Elektrificatie, in de vorm van een sportwagen die meer op het niveau komt van een Porsche Cayman. De Caterham Seven? Die zal het even moeten rooien met de 660cc sterke driecilinder turbobenzine van Suzuki. Met 85 pk ook geinig, maar uiteraard wel een serieus stukje trager.
Al is de term “traag” natuurlijk relatief voor een Caterham, want met een gewicht van zo’n 500 kg staat de beleving centraal. Het wordt echter steeds duidelijker dat ook kleine sportwagenbouwers de CO2-dans van Europa niet meer kunnen ontspringen. Waardoor het een kwestie is van evolueren… of uitsterven.