In 2018 mocht Cupra zich van moederhuis Seat zich afsplitsen als sportief submerk, dat niet alleen Seat-modellen als de Leon en Ateca transformeerde, maar met de Formentor en de Born ook geheel eigen modellen mocht ontwikkelen. Vandaag, anno 2023, liggen de kaarten helemaal anders: dochtermerk Cupra valt bij de klanten in de smaak en haalt de omzetcijfers binnen, moederhuis Seat moet zich op termijn opnieuw gaan uitvinden als aanbieder van ‘mobiliteitsoplossingen’.
Bekende blokken
Dat tonen de nieuwe motoren van de Cupra Ateca meer dan ooit aan. De SUV waar het voor Cupra vijf jaar geleden mee begon, stelde het tot nu toe met de beruchte 2.0 TSI-viercilinder van 300 pk die je ook uit de sportiefste Golf-modellen kent, maar krijgt nu twee nieuwe instapblokken. De eerste is de bekende 1.5 TSI-viercilinder van 150 pk, de andere de 2.0 TSI-viercilinder van 190 pk. Beide blokken worden gekoppeld aan een DSG-versnellingsbak met zeven verzetten, de krachtigste van de twee drijft via Seats – sorry, Cupra’s - bekende 4Drive-systeem de vier wielen aan.
Boekhouding en marges
De aankleding van de basisversies blijft wel wat je van Cupra mag verwachten: bronzen accenten, sportzetels met geïntegreerde hoofdsteun en het typische Cupra-sportstuur,… alleen de achterbumper ziet er iets anders uit. De Cupra Ateca lijkt daardoor de Seat Ateca finaal van de baan te ruimen. Die beslissing lijkt misschien vreemd, maar is eigenlijk logisch. Het sportieve Cupra-verhaal valt immers in de smaak, en de marges die de Spanjaarden op de modellen met Cupra-aankleding verdienen, liggen hoger dan die van Seat. Dat is de Spaanse boekhouders duidelijk niet ontgaan...