Hoewel Santa Fe het model was dat Hyundai als merk op de kaart wist te zetten in Europa, was het Tucson die de verkoop sinds 2004 danig heeft aangezwengeld. Terecht ook, want de Tucson is doorheen zijn carrière - al zeker als ix35 - een crossover die veel waar voor zijn geld aan wist te bieden. Je kon 'm dan ook zien als een budgetalternatief voor de Volkswagen Tiguan en co. De vierde generatie wil echter niet meer als alternatief door het leven gaan... maar wel als het model waar je bewust voor kiest.
Belgisch design
Dat wil Hyundai bereiken door fors in te zetten op design. En hoewel Belg Luc Donckerwolke sinds april niet meer aan het roer staat van de designafdeling van Hyundai is deze nieuwe Tucson zonder twijfel nog een auto van zijn hand. De Zuid-Koreanen noemen de designrichting alvast Sensuous Sportiness. Een term die er op lijkt de duiden dat Hyundai de diamantvorm omarmt. Met scherpe lijnen die uit de flank groeien, een zeer unieke grille die even unieke dagrijlichten omvat en een derrière waarbij de lichten als klauwen uit een lichtstreep groeien. Kwatongen zien er een streep Lexus in, wij zien vooral een duidelijk tendens waarbij crossovers - van Dacia tot Lamborghini - steeds extremer worden vormgegeven om alsnog de aandacht van klanten te trekken.
Zo extreem het exterieur, zo rustgevend het interieur. Hyundai spreekt hier alvast van "interspace". In de realiteit wil dit zeggen dat het dashboard op is gebouwd uit sterke horizontale lijnen om zo het ruimtegevoel te versterken. Twee schermen van 10.25-duim tekenen present. Eentje zit achter het stuur en doet dienst als instrumentencluster, het andere staat centraal en doet dienst als infotainmentscherm. Hoewel de klimaatregeling niet verwerkt zit in het centrale scherm, zijn de "knopjes" onder dat scherm voor de klimaatregeling wel drukgevoelig. Leuk voor het design, minder leuk voor het gebruiksgemak.
Van diesel tot plug-in
Een nieuwe Tucson, dat betekent ook een nieuw platform. Waardoor de crossover ook een tikje groter wordt. Al blijft het relatief. Met 4.5 meter staat hij amper 2 centimeter langer in je garage. Met 1.87 meter is hij dan weer 1.5 centimeter breder. De hoogte die met een halve centimeter toe nam tot 1.65 meter zal ook voor weinig problemen zorgen in je garage. Hoe dan ook, door ook nog wat te spelen met de wielbasis (+1 cm) en de constructie krijg je als passagiers achterin wel een grob extra beenruimte. De koffer, die is uiteraard ook gegroeid. Die is afhankelijk van de motorkeuze 577, 616 dan wel 620 liter groot. Met de achterbank neer spreek je dan over maximaal 1.799 liter. Van waar dat groot verschil in ruimte?
Wel, dat heeft alles met de komst van hybride- en plug-inhybridemodellen te maken. Een klassieke diesel en benzine tekent ook present. Al zijn dat ook in essentie milde hybrides. Het gaat dan over een 1.6-liter turbobenzine met 150 pk (voorwielaandrijving) dan wel 180 pk (vierwielaandrijving) en een 1.6-liter turbodiesel met 136 pk (voorwielaandrijving). Drie motoren die gebruik maken van een 48 volt boordnetwerk. Een trapje hoger op de ecologieladder staat de Tucson Hybrid. Die gebruikt de 1.6-liter turbobenzine en werpt nog een 60 pk sterke elektromotor in de mix die zijn energie mag halen uit een accu van 1.48 kWh. Gekoppeld aan een zestrapsautomaat spreken we hier over een hybride met 230 pk en 350 Nm koppel. Tenslotte komt er in de loop van volgend jaar ook nog een 265 pk sterke plug-inhybride op de markt.
Eind dit jaar staat de nieuwe Tucson bij de dealer. Al zegt Hyundai er meteen bij dat het op de sportieve N-Line uitvoering en plug-inhybride wachten is tot begin 2021.
