Nu de jongste Aston Martin is onthuld begint het avontuur voor de Rapide pas. Meteen na z'n marktlancering kan het op de nodige attentie rekenen wanneer het de strijd om de koper aangaat tegen de Porsche Panamera. Een gevecht tussen geweldenaars van geweldenaars blijkt het zeker te worden. De Panamera zal met zijn ongetwijfeld fabuleuze techniek vast hoge ogen gooien, de Rapide doet dat op zijn beurt met zijn overweldigende looks.
Ouderwets ontwerp Feitelijk is zijn de exterieurlijnen van de Rapide al meer dan 16 jaar oud. Overduidelijk zien we de contouren van zijn verre vader in het ontwerp terug. We spreken dan over de DB7 die in 1993 op de Autosalon van Geneve voor het eerst werd getoond. Het design is in de jaren erna natuurlijk wel geëvolueerd via modellen als de Vanquish, de DB9 en de V8/V12 Vantage. Toch is het zeer indrukwekkend van Aston Martin dat ze met de Rapide nog steeds een modern ogende auto heeft weten neer te zetten. Het getuigt van een ultiem tijdloos design.
Aangename sfeer binnenin De Rapide is gebaseerd op de DB9 en staat ook op diens, hetzij met 255 mm verlengde, platform. Zodoende ontstond er voor de Rapide ruimte voor een derde en vierde deur en kunnen de achterste inzittenden meer bewegingsvrijheid tegemoet zien. De hoogte is in tegenstelling tot zijn basis 63 mm groter en dat betekent eveneens meer kruinruimte. Verder kunnen de passagiers en de bestuurder rekenen op alle wenselijke gemakken zoals een audio-/entertainmentsysteem getuned door Bang & Olufsen (1.000 watt), een navigatiesysteem met harddisk, het fijnste leder, de beste afwerkingmaterialen en puik zittende zetels. Het zijn er overigens slechts vier zodat ieder met het hoogste mogelijke comfort vervoert zal worden. De optielijst is minstens zo indrukwekkend als de lijst met publiciteit die de auto inmiddels heeft gehad. Reken op zaken als gekoelde stoelen (alle vier), een entertainmentsysteem voor de achterpassagiers, zwart, rood of zilver gelakte remklauwen en alle andere persoonlijke luxe en extra´s die je je maar kunt wensen. Het lijkt vreemd om de bagageruimte van een Aston Martin te noemen, maar de Britten zien dat anders. En met 331 liter is dat best aan de ruime kant. Neerklappen van de stoelen levert een totaal van ruim 750 liter op.
Vlot genoeg De Rapide weegt circa 160 kilogram meer dan de DB9 en heeft een totaal gewicht van 1.950 kg. Om deze twee ton fatsoenlijk in beweging te brengen lepelen de Britten de V12 uit de DB9 in de vier deurs coupé. Deze is om het extra gewicht te compenseren niet in vermogen toegenomen. Nog steeds levert de twaalfcilinder 470 pk en 600 Nm aan trekkracht. Die krachten worden via een zestraps automaat op de achterwielen overgebracht. Volgens Aston Martin is dit voldoende om in 5,3 seconden naar de 100 km/h te accelereren en een topsnelheid te halen van 303 km/h. De makers claimen zelfs dat de Rapide op het gebied de benchmark in z'n klasse wordt. Daar zal Porsche met hun Panamera Turbo waarschijnlijk anders over denken.
Begin 2010 Degene die er het vroegst bij waren kunnen hun Aston Martin Rapide in het voorjaar van 2010 op de oprijlaan verwachten. Zij hebben dan minimaal 380.000 euro neergelegd bij de Aston Martin-dealer. Daarmee is de Rapide aanzienlijk prijziger dan de duurste Panamera. Of de luxe Brits zijn meerprijs waard is zal spoedig blijken. We kunnen dan ook alleen maar zeggen: Let the battle begin!
