Het was al langer aangekondigd en overal bekend, maar automerken moesten in 2020 de gemiddelde CO2-uitstoot van hun verkochte modellen fors naar beneden halen. Gemiddeld mocht de verkochte vloot van een merk afgelopen jaar nog maar 95 g/km aan CO2 uitstoten, waardoor we een heel offensief aan hybride en elektrische modellen over ons heen kregen.
De regel was simpel, de praktische invulling iets uitgebreider. Voor elk merk werd er een afzonderlijke doelstelling opgesteld, omdat merken met grote en zware modellen in verhouding meer inspanningen zouden moeten doen en dus meer zouden moeten investeren. Merken mochten ook zogenaamde “CO2-pools” aangaan met andere merken die gunstiger scoorden, zoals elektrische merken, om zo hun uitstoot op papier naar beneden te krijgen. Verkochte hybride en elektrische modellen telden extra mee.
Volkswagen versus Volkswagen-concern
Voor de Duitse constructeur Volkswagen was er in 2020 geen vuiltje aan de lucht: het merk mocht van de EU afgelopen jaar gemiddeld 97 g/km aan CO2-uitstoten, maar klokte volgens eigen berekeningen af op 92 g/km. De komst van de volledig elektrische ID.3 neemt een aanzienlijk deel van die prestatie voor zijn rekening. In 2019 bedroeg de gemiddelde CO2-uitstoot van het merk bijvoorbeeld nog 119 g/km.
Het Volkswagen-concern haalde daarentegen zijn doelstelling niet. De overkoepelende groep met VW, Audi, Porsche, Bugatti, Cupra, Skoda en Seat (Bentley en Lamborghini worden apart gequoteerd) haalde in 2020 een gemiddelde CO2-uitstoot van 99,3 g/km. De groep werkte daarvoor samen in een CO2-pool met onder meer MG. De doelstelling die Europa had opgelegd, lag echter 0,5 g/km lager. De Volkswagen-groep verwacht nu een boete van meer dan 100 miljoen euro, maar zegt rekening gehouden te hebben met de boete en een financiële buffer voorzien te hebben.