Voor deze vitaminekuur onderging de A1 een grondige transformatie. De Quattro heeft maar liefst 600 nieuwe onderdelen om onder meer de achteras van de TT S te kunnen monteren, een specifieke tank was nodig om plaats te maken voor de cardantunnels, het reservewiel moest wijken voor de lamellenkoppeling op de achteras, enz.
Show & efficiëntie
De A1 Quattro ziet er lekker stoer uit, maar is niet enkel een showbeest. Zo heeft de uit de kluiten gewassen dakspoiler vooral een praktische functie, namelijk voldoende neerwaartse druk leveren om deze sportieveling ten alle tijde tegen het asfalt te drukken, ook al heeft dat een licht negatieve invloed op de topsnelheid die op 245 km/u is beperkt. Nou, ja.
Op de vooras ligt de 2.0 TFSI, omdat er voor een vijfcilinder geen plaats was zonder de crashveiligheid in het gedrang te brengen. Ook de DSG werd de A1 ontzegd, al is dat niet zo erg omdat de manuele zesbak deze wagen erg goed past, aangezien actief rijplezier belangrijker is dan rijcomfort.
Quattro
De A1 is een buitenbeentje als Quattro omdat het eigenlijk om een voortrekker gaat waarbij het vermogensoverschot via een lamellenkoppeling naar de achtertrein wordt versast. Dit in tegenstelling tot de Quattro’s met langsmotoren die een permanente vierwielaandrijving met Torsendifferentieel hebben.
De A1 Quattro wordt op 333 exemplaren gelimiteerd, heeft geen opties, maar is wel al meteen met de leukste snufjes uitgerust. Voor zo’n 50.000 euro bekomen de fans een met oog voor detail vervaardigd krachtpatsertje, met twee stevige uitlaten, een dakspoiler, een zwart gelakt dak, een rode toerenteller en een smoeltje dat om circuitwerk schreeuwt. En niet te vergeten: witte 18 duimsvelgen die verwijzen naar de Sport Quattro uit de jaren ‘80.
Opzij, opzij, opzij
Voor een eerste kennismaking mochten we dit kleinood over een ijsparcours in het Hoge Noorden sturen. Kracht heeft de A1 Quattro genoeg en dankzij spijkerbanden ook genoeg grip op het ijs. Gelukkig is de zitpositie goed met uitstekend instelbare sportstoelen en een lekker in de hand liggende schakelpook, waarvan de bewegingen echter iets te lang uitvallen.
Het maximale koppel van 350 Nm komt vrij tussen 2.500 en 4.500 toeren, maar de turbomotor klimt zonder morren tot 6.000 omwentelingen of meer. Op het bevroren meer schakelen we slechts tweemaal naar de derde versnelling, elders smijten we de kleinste Quattro in zijn tweede door de bochten.
Driften
Voor de liefhebbers van driftwerk vraagt deze A1 wat meer inzet dan een Quattro met Torsen-4WD, omdat de lamellenkoppeling meer onderstuur in de hand werkt, zodat soms zelfs een ruk aan de handrem nodig is om het achtereind weg te krijgen. Maar eens je de Audi dwars hebt, is de pret verzekerd. De sturing is lekker direct en de tractie prima, zodat je gauw één wordt met de A1 Quattro en vol vertrouwen naar de volgende bocht schuift met haast intuïtief stuurwerk.
In deze omstandigheden is het nochtans niet geringe gemiddelde verbruik van 8,5 liter niet haalbaar. Maar voor een eigenlijk exclusieve sportwagen die in minder dan zes seconden tot 100 km/u spurt is dat te vergeven.
Klik hier voor alle nieuws over het merk Audi
Klik hier en zoek uw occasie Audi A1 Quatro tussen de duizenden tweedehands auto’s.
Klik hier voor een overzicht van Audi A1 Quattro, en een selectie van tweedehandse