De huidige generatie van de Audi A8 staat sinds 2017 bovenaan het gamma uit Ingolstadt, met zijn klassieke recept van luxe, comfort en gedistingeerde weelderigheid voor hoogwaardigheidsbekleders en limousinediensten. Ondanks die kwaliteiten blijft hij een relatief zeldzaam zicht op onze wegen. Kan een facelift daar verandering in brengen?
En toen was er licht
Laat ons meteen met de deur in huis vallen: de evolutie die deze nieuwe A8 doormaakt, is relatief bescheiden: ze is voornamelijk beperkt tot esthetische wijzigingen. Meer zelfs: je moet de Audi-catalogus al tot in de details kennen om de verschillen te spotten. In één woord: lichten.
Want jawel, de lichtblokken zijn anders. Niet alleen qua vorm, maar ook qua lichtsignatuur. Ze evolueren van een relatief eenvoudig geheel naar een gepixeld geheel: de nieuwe Digital Matrix LED-koplampen bestaan uit zo’n 1,3 miljoen microspiegeltjes die de lichtbundel omzetten in miljoenen pixels. Op die manier kan de weg worden verlicht zonder andere weggebruikers te verblinden. De lichtblokken kunnen zelfs afbeeldingen op de weg projecteren.
Ook achteraan evolueren de lichtblokken: de grote ledstrook met de achterlichten gebruikt voortaan oled-technologie die personalisatie toelaat. Voor de rest zijn er nog wijzigingen aan het grote Singleframe-radiatorrooster, en aan de voor- en achterbumpers.
Alles via scherm
In het interieur vallen de verschillen nog moeilijker te spotten. De reden daarvoor is eenvoudig: er komen alleen twee nieuwe high-definitionschermen bij voor de passagiers achteraan. Verder krijg je hetzelfde horizontale dashboard dat gedomineerd wordt door een scherm van 10,1 duim voor het infotainment en van 8,6 duim voor de klimaatregeling.
Wat er evenmin verandert, is het gevoel van luxe en degelijkheid. In tegenstelling tot sommige recentere producten heeft Audi de budgetredenen niet laten doorwegen in de materiaalkeuze voor het interieur. Dat A8-interieur is dit segment dan ook waardig. Meer zelfs: de versie met lange wielbasis geeft de achterpassagiers vorstelijke beenruimte.
Hybride met stekker
Onder de motorkap zijn de meeste motoren voorzien van hybride ondersteuning, al gaat het meestal om milde hybrides. Ons testmodel gaat een stap verder. De A8 60 TFSI e – de betekenis van die getallen in de naamgeving, we snappen het evenmin – is een plug-inhybride met 3,0 liter grote V6 en elektromotor van iets meer dan 100 pk, en produceert in totaal 462 pk en 700 Nm.
Het verschil zit in de koffer, of toch eronder: de batterij is groter geworden. Val niet van je stoel: de nettocapaciteit neemt toe van 14,1 kWh naar... 14,4 kWh. Prestaties zet deze A8 wel neer (0-100 km/u in 4,9 seconden), maar het elektrische rijbereik bedraagt amper 60 kilometer. Dat stelt niets voor vergeleken met zijn twee belangrijkste concurrenten, die eveneens uit Duitsland komen. Boekhouders hoeven niet ongerust te zijn: de CO2-uitstoot ligt net onder 50 g/km, al is het nipt.
Typisch Audi
Het hoeft niet te verrassen dat dit elektrische rijbereik in de praktijk snel is opgesoupeerd (niet meer dan 30 kilometer). Dat ligt deels aan het gewicht van de A8, maar ook aan de temperaturen tijdens onze testperiode. Toch weet de aandrijflijn tijdens dat beperkt aantal kilometers optimaal gebruik te maken van het elektrische duwtje. Maak er geen S8 van, maar de A8 TFSI e is meer dan levendig aan de stoplichten. Alleen jammer van de aarzeling bij het aanzetten – al lijken alle recente Audi’s daar last van te hebben – en de regeneratie wanneer je het gaspedaal lost, die de “on/off”-filosofie lijkt te hanteren.
Voor de rest is dit vlaggenschip van Ingolstadt net zoals we het graag hebben: een zelfverzekerde berline met uitstekend geluidscomfort en met een luchtvering die met verve dempt in plaats van te deinen. En het verbruik, het zogenaamde sterke punt van dit model? Na zo’n 600 kilometer kwamen we uit op 8,9 l/100 km. Zonder opladen weliswaar, wat eens temeer aantoont dat je dit met een plug-inhybride wel degelijk moet doen.
Prijzen
Met een startprijs van 113.920 euro is de Audi A8 TFSI e niet bepaald goedkoop. Met wat meer context: deze plug)-inhybride is zo’n 17.000 euro duurder dan de basisdiesel. Maar vergeleken met zijn twee grote Duitse concurrenten is de Audi wel de minst dure van de drie. Voor je de optielijst raadpleegt weliswaar, want ons testmodel kwam uit op 145.000 euro.
Conclusie
Is de Audi A8 na deze facelift weer helemaal up-to-date? Niet bepaald: het vlaggenschip van Ingolstadt is eigenlijk op achtervolgen aangewezen. De technologie en afwerking zijn op niveau, maar de achilleshiel is de plug-inhybride aandrijflijn: diens relatief kleine batterij kan niet op tegen de concurrentie.