Al van toen we de eerste beelden van de nieuwe Audi TT Coupé zagen, wisten we dat deze generatie beter zou zijn. Alleen al uiterlijk. Hij behield de leuke mix van hoeken en bochten die de tweede generatie zo leuk maakte, maar kreeg meer karakter door een sterker design van de lichtblokken.
Harmonieus
Vandaag komt de TT nog steeds spontaan sportief voor de dag. Weliswaar ernstig, zoals je van een Audi kan verwachten, maar met een iets milder geworden blik. Ook de Roadster is zachter geworden. En lichter, wat één van de belangrijkste aspecten is wanneer je besluit om het dak te verwijderen. Dan zijn verstevigingen nodig, wat elke extra kilo nog meer belastend maakt. Wanneer het design licht is, zoals hier, dan is het leuk wanneer de auto ook als dusdanig aanvoelt.
Achteraan geeft Audi het op om de schijn te wekken. De nepplaatsen achter de bestuurder blijven voortaan achterwege. Ze waren toch niet bruikbaar. De rest is bekend terrein, met een vereenvoudigde boordplank, knappe ronde ventilatiemonden en het volledig digitale dashboard, dat intussen een beroemdheid op zich is geworden. Je kan kiezen uit verschillende instelmogelijkheden.
Benzine of diesel
Zoals steeds laat Audi een ruime keuze in het motorenaanbod. De Audi TT Roadster is zo beschikbaar met de 2.0 TDI met 184 pk (4,3 l/100 km, 114 gr/km CO2, 41.600 euro). Maar dan kan je alleen kiezen voor de manuele zesbak en voorwielaandrijving. Met de 2.0 TFSI met 230 pk zijn er meer mogelijkheden: met zesbak (6,0 l/100 km, 140 gr/km, 41.799 euro), met S-Tronic dubbelekoppelingsbak (6,5 l/100 km, 151 gr/km, 44.200 euro) of met S-Tronic en quattro vierwielaandrijving (6,7 l/100 km, 154 gr/km, 46.600 euro). De prijs maakt het voornaamste struikelblok duidelijk voor wie deze TT wil: minstens 41.600 euro is een smak geld. Met de opties die we op de testmodellen zagen, schoot de prijs soms richting 60.000 euro.
We testten zowel de diesel als een benzine met S-Tronic. Het zal u niet verbazen dat we de benzineversie de leukste vonden. Al is de diesel ook een fijn exemplaar. Met maximaal 380 Nm (370 in de benzine) heeft hij steeds trekkracht genoeg en de pure prestaties (0-100 in 7,3 seconden en 237 km/u) maken duidelijk dat hij zich uit de slag kan trekken. Hij klinkt ook leuk, niet te overweldigend en zelfs een beetje sportief. Wie verre verplaatsingen maakt, kan de diesel gerust als alternatief beschouwen. Wie elke dag lang met de TT optrekt, zal appreciëren dat hij zelfs best comfortabel is.
Leuk speelgoed
Een laag gewicht is belangrijk voor een Roadster, dus wanneer je 40 kilogram op de voortrein kan uitsparen door voor de benzinemotor te kiezen, dan doe je een uitstekende zaak. Dat merk je al in de eerste meters achter het stuur. De TT Roadster is zo sneller (0-100 in 6,1 sec, 250 km/u), levendiger en hij communiceert beter. Het is in de TFSI dat je van bocht naar bocht wil walsen. De voortrein biedt meer grip dan velcro. Je merkt nauwelijks dat je wat aan koetswerkstijfheid hebt ingeboden door de vervanging van het stalen dak door een stoffen vouwexemplaar. En zelfs met het ESP mag de achtertrein komen spelen. Duur, maar leuk speelgoed.