Al jaren draagt de Ford Ranger met de nodige fierheid de titel van populairste pick-up in onze contreien. Met ‘jaren’ wikken we onze woorden trouwens niet: Fords werkpaard is al sinds 2012 op de markt. De Amerikanen hebben dus begrepen dat het tijd was voor een grondige vernieuwing. Daarvoor zijn ze niet over één nacht ijs gegaan.
Op zijn Amerikaans
Vraag het aan eender wie op straat en ze zullen zeggen dat het succes van de Ford Ranger aan zijn ‘Amerikaanse’ looks ligt. Voor de nieuwe generatie doet het merk met de blauwe ovaal er nog een schepje bovenop. Het resultaat is een grote pick-up met hoekige vormen, een groot radiatorrooster en het zelfvertrouwen waarmee zowat elke Amerikaan geboren wordt.
Die veramerikanisering bereikt zijn hoogtepunt in de Raptor-versie. De pick-up met dinosaurusnaam lijkt alleen zijn voorruit en deuren te delen met de gewone Ranger. De rest wordt vervangen door een voorbumper met een betere aanrijhoek, een dubbel gewelfde motorkap, verbrede wielkasten met meer plaats voor de grote terreinbanden, bescherming in kunststof en metaal, en het grote ‘FORD’-opschrift op het radiatorrooster.
In het interieur wordt de Raptor iets burgerlijker, net als de nieuwe Ranger. Simpel gezegd heeft hij voortaan evenveel schermen en technologie als eender welke andere recente SUV. Centraal op het dashboard – dat hier in alcantara wordt uitgevoerd – staat een 12 duim groot verticaal touchscreen met het SYNC4-infotainmentsysteem dat in de Mustang Mach-E werd geïntroduceerd. De Raptor staat bovenaan het Ranger-gamma en krijgt dus een volledige uitrusting, dat wordt gecombineerd met eigen accenten, zoals lederen zetels met oranje touches.
Niet zomaar opgepompt
Allemaal goed en wel, maar de Raptor heeft wel degelijk ander bloed in zijn aderen lopen dan de gewone Ranger. Onder het gespierde koetswerk huist een reeks gelijkaardige chassiswijzigingen aan die van zijn Amerikaanse neef, de F-150 Raptor. De ophanging krijgt alle aandacht: zo wordt de bladvering achteraan niet alleen vervangen door spiraalveren, maar Ford voorziet de veerpoten ook van Fox Live Valve-gestuurde terreinschokdempers van 2,5 duim. Om op hoge snelheid de slechtste wegen beter te verteren, werd het koetswerk versterkt en krijgt hij vooraan en achteraan een sperdifferentieel.
Dat gezegd zijnde zit het spektakelstuk onder de motorkap. In de catalogus staat weliswaar nog steeds een consciëntieuze viercilinder diesel van 204 pk, maar de Ford Ranger Raptor heeft voortaan ook een veel krachtigere en exclusieve nieuwe V6. Die 3.0 V6 wordt ondersteund door twee turbo’s - en een antilagsysteem om het turbogat op te vangen – en is goed voor 292 pk en 491 Nm. Daardoor sprint deze kolos naar 100 km/u in 7,9 seconden. Hij ademt daarnaast via een nieuwe uitlaatlijn met vier(!) modi, waaronder een Baja-modus die elke vorm van stilte lijkt te omzeilen.
Showbeest
De show begint al meteen bij de eerste druk op de startknop. Alsof de agressieve looks en feloranje kleur van ons testmodel nog niet genoeg waren, laat de V6 zich horen. Naast de nodige muziek levert hij flink wat koppel bij lage toeren en samen met de tientrapsautomaat geraakt hij aardig vooruit zonder in de toeren te moeten klimmen. Maar als je dat doet: wat een klank. Het is meer een schreeuw dan een lage brul – net zoals de Jaguar F-Type – die de Raptor flink vooruitstuwt en iets afneemt eens je voorbij de 4.500 toeren bent.
Hoewel dat de aandacht trekt, is de klank van de V6 niet de kroon op het werk van deze Ranger Raptor. Dat is de ophanging. Bij lage snelheden reageert het koetswerk wat springerig, aarzelt het geheel wat op kleine oneffenheden en voelt alles nogal stug aan. Neem je dezelfde compressie bij 60 in plaats van 15 km/u, en de schokdempers werken alles volledig weg. Hoewel de ophanging eerder voor Dakar dan voor het asfalt gemaakt is, levert ze de Ranger comfort op dat bij pick-ups ongezien is. Wil je de dualiteit versterken, dan kun je via de verschillende rijmodi de schokdempers stugger of soepeler laten reageren, maar de Normal-rijmodus blijft het beste compromis.
Prijzen
Met al die chassiswijzigingen, het specifieke koetswerk en zijn unieke motor is de Ford Ranger Raptor uiteraard allesbehalve de goedkoopste pick-up in het gamma. Maar om de bittere pil van 60.350 euro exclusief btw te verzachten, geeft Ford zijn atletische pick-up wel een volledige uitrusting mee. Je hoeft dus alleen nog de kleur te keizen en het elektrische luik om de laadbak mee te sluiten.
Conclusie
De Ford Ranger Raptor is niet perfect. Zijn V6 drinkt 14,0 l/100 km, maakt de hele buurt wakker bij elke acceleratie, zijn sleepvermogen is beperkt tot 2,5 ton en zo heel ruim is hij ook niet. Toch loopt zijn rijbeleving over van charme. De dikke banden en schokdemping zorgen voor het rijcomfort, de Raptor voor zekerheid. De zekerheid dat je ongeacht de staat van de weg op je bestemming geraakt.
