Test: Jaguar F-Pace 3.0D AWD – De frontale aanval

Deze Jaguar heeft het op paarden gemunt. Niet zozeer datgene dat op de neus van Italiaanse bolides plakt, maar op het logo dat met hertengewijen omgeven is: dat van Porsche. Deze Jaguar gunt de BMW X3, Audi Q5 en zelfs de Mercedes GLC geen blik waardig. Nee, hij heeft een ander doel strak in zijn vizier: de Porsche Macan. Daarom benadrukt Jaguar dat het extra aandacht heeft besteed aan de rijdynamiek van de F-Pace. Zodat die dus niet hoeft terug te schrikken van een worstelmatch met zijn concurrent uit Stuttgart.

F-Type dient als basis

Om op dit vlak al zijn beloftes waar te kunnen maken, heeft Jaguar niet de voor de hand liggende keuze gemaakt en een onderstel van de Land Roverfamilie uit de rekken geplukt. Geen Evoque- of Discoverybasis voor de Jaguar F-Pace dus, maar een aangepaste versie van dat van de Jaguar F-Type. Maar dan eentje met een bodemspeling van 218 mm. Hij behoudt wel de torque vectoring om het vermogen efficiënter naar de wielen te brengen. Dat doet hij door het wiel dat dreigt door te spinnen licht af te remmen, wat hogere bochtensnelheden mogelijk maakt.

Net als andere Jaguars is het ook in de F-Pace al aluminium wat de klok slaat. Hij is voor 75 procent uit aluminium opgetrokken. Hierdoor blijft in de basisversie het gewicht beperkt tot 1.665 kilogram. Nu we toch bezig zijn over de Macan, volgens Jaguar tekent de F-Pace voor 50 procent meer stijfheid in de voorophanging dan in de Porsche het geval is. Het volledige chassis is 35 procent stijver, volgens Jaguar. Voeg daar nog het bliksemsnel (165 milliseconden) reagerende vierwielaandrijvingssysteem Intelligent Driving Dynamic (IDD) aan toe, en je weet dat dit een serieuze klepper is.

`Verwachtingen ingelost

De Jaguar F-Pace maakt al zijn beloftes snel waar. Al meteen apprecieer je zijn stevige stuurslag, de goed onder controle gehouden koetswerkbewegingen en de snelle respons van het gaspedaal. Het regent pijpenstelen op ons bergachtig testparcours, maar hij werkt de haarspeldcombinaties af als was het de reuzenslalom op ski’s. Van nature is hij reeds bijzonder stabiel. De vierwielaandrijving reageert zo snel en efficiënt als Jaguar belooft. Efficiënt is hij zeer zeker, terwijl je ook volgas uit de bocht mag komen. Het ESP laat dan zelfs een kleine zwieper van de achterkant toe voor het ingrijpt. De 300 pk van de 3.0 turbodiesel mogen hun gang gaan. De achttrapsautomaat met schakelpeddels aan het stuur vormt een harmonieuze tandem met de motor.

Een cadeautje

Ook op prijsvlak slaat de Jaguar F-Pace zwaar toe, in de positieve zin dan. Aan 58.600 euro is de 3.0D F-Pace één van de goedkoopste zescilinders in zijn segment. Hij heeft volgens de officiële cyclus genoeg aan 6 l/100 km. Kies je voor de 2.0 Ingenium viercilinder diesel met 180 pk (4,9 l/100 km), dan mag de Jaguar F-Pace zelfs al weg voor 43.050 euro. Voor die prijs moet je iets meer compromissen sluiten op vlak van afwerking dan met de Duitsers het geval is, maar je krijgt wel een ontzettend grote binnenruimte voor vier inzittenden in de plaats net als een enorme koffer van 650 liter. Er bestaat slechter, geef maar toe. Geef toe, je kan slechter kiezen.