Een eerste belangrijke – en dure – aanpassing vond plaats aan het platform. Je voelt het effect meteen wanneer je achter het stuur kruipt. De nieuwe XF beschikt over een modulair onderstel, dat Jaguar ook gebruikt voor de XE en binnenkort ook toont in de F-Pace SUV. Dat platform maakt bijna volledig gebruik van aluminium componenten, wat de wegligging van de Jaguar XF transformeert.
-190 kg
Net als het onderstel is ook de carrosserie grotendeels in aluminium opgetrokken. Afhankelijk van de motorversie stelt dit de XF in staat om tot 190 kilogram minder zwaar door te wegen op de weegschaal dan zijn voorganger. Laten we dit even in rationele cijfers duiden: met de nieuwe 2.0 viercilinder dieselmotor met 163 pk tekent de nieuwe Jaguar XF zo met handgeschakelde zesversnellingsbak voor een gehomologeerde CO2-uitstoot van 109 gr/km. Indrukwekkend, en dat zullen ook de bedrijfsleiders vinden. Goed, op de weg is deze versie van de XF iets minder ‘wow’. Maar dat is hetzelfde bij die andere sportieve constructeur, BMW, met de 520d. Daar eindigt meteen de vergelijking, want de Brit maakt voor het overige wel het verschil met zijn Duitse concurrenten, inclusief de Audi A6 en de Mercedes E-klasse.
Levendig onderstel
Dankzij indrukwekkend werk van een batterij chassisingenieurs hebben alle XF’s een levendig karakter gekregen. In de 2.0d valt vooral de kwieke voortrein op. Geen enkel basismodel in deze categorie stuurt zo direct de bocht in. Dit is geen voortrein, maar een stel klauwen dat zich in het asfalt vastgrijpt. Ja, echt als een roofdier. De vergelijking is in niets overdreven. Terwijl de 2.0d zich vooral soepel en zuinig toont dan een sprinter, slaagt hij er toch in de sportieve ambities van Jaguar waar te maken.
Dankzij indrukwekkend werk van een batterij chassisingenieurs hebben alle XF’s een levendig karakter gekregen. In de 2.0d valt vooral de kwieke voortrein op. Geen enkel basismodel in deze categorie stuurt zo direct de bocht in. Dit is geen voortrein, maar een stel klauwen dat zich in het asfalt vastgrijpt. Ja, echt als een roofdier. De vergelijking is in niets overdreven. Terwijl de 2.0d zich vooral soepel en zuinig toont dan een sprinter, slaagt hij er toch in de sportieve ambities van Jaguar waar te maken.
De achtertrein kan perfect de enorme trekkracht aan. Hoogstens moet hij zichzelf even in balans brengen wanneer je als een wildeman uit een haarspeldbocht komt gescheurd. Het ESP geeft hem daarbij de marge om licht schuivend zijn evenwicht te vinden, en zelfs met het ESP uitgeschakeld hoef je geen stuurkunstenaar te zijn om de XF op te vangen. Zijn evenwicht benadert de perfectie. Hij is evenmin aan de grond genageld. Wanneer je de voet van het gas licht, laat hij zich mooi plaatsen voor de bocht. Een auto voor liefhebbers.
Foutjes?
Heeft hij gebreken? Kom, we zullen er een paar kleinigheden uit halen. Hoewel hij over een interieur beschikt dat het hoogste glamourgehalte van zijn categorie heeft, zou de afwerkingskwaliteit toch beter kunnen. Zowel het infotainmentpakket als het veiligheidsarsenaal zijn verbeterd, maar een correctiefunctie wanneer je ongewild van je vak afwijkt is nog niet ingebouwd. Jaguar volgt ook het voorbeeld van BMW en Audi door zijn nieuwe XF uiterlijk weinig te laten evolueren. Hij is nochtans korter geworden, lager en heeft een langere wielbasis, wat de nieuwe Jaguar XF een athletischer gestalte geeft. Maar behalve de achterkant die de look van de XE mee kreeg, heb je een kennersoog nodig om de nieuwe XF van de oude te onderscheiden. Jammer? Niet helemaal, want de XF blijft nog steeds een van de meest charismatische auto’s in zijn klasse.
Kortom, deze Jaguar zit het Duitse wondertrio nu echt op de hielen. Misschien slaagt hij erin het uitzicht van de directeursparking eindelijk te veranderen. De Jaguar XF 2.0d heb je voor 40.350 euro, voor de 3.0d moet je rekenen op 58.550 euro.