Of je het nu wil of niet: de elektrificatie van de auto is een feit. Dat gebeurt niet alleen met vreemde creaties zonder geluid: het front in de strijd om de elektrificatie ligt bij de plug-inhybrides. Om helemaal mee te zijn, voorziet de Jaguar Land Rover-groep (bijna) al zijn modellen van zo’n motor met schonere ambities. Allemaal, behalve de Defender. Tenminste: tot voor kort.
Plug and play
De avontuurlijkste Land Rover is het voor die plug-inhybride aandrijflijn niet ver moeten gaan zoeken. Bij zijn recente generatiewissel nam de 4x4 het platform over van de luxueuze Range Rover-modellen. Het had dus een gevalletje plug and play kunnen zijn, maar zo zwart-wit is het in de praktijk niet.
De aandrijving is natuurlijk identiek. De 2.0-viercilinder benzine uit de Ingenium-familie zit nog steeds onder de motorkap. Ook hier is hij gekoppeld aan een elektromotor van 105 kW (140 pk) die in de achttrapsautomaat is ingewerkt. Het totaalvermogen van 404 pk en 640 Nm is dus nog steeds identiek. Wat er dan wel veranderd is? De batterij. Die heeft hier een capaciteit van 19,2 kWh. Meer dan de oude Range Rovers met stekker, maar ook niet bepaald grensverleggend. Het bewijs: het elektrische rijbereik bedraagt amper 43 kilometer...
Een klepje extra
Op esthetisch vlak hoef je geen grote veranderingen te verwachten. Er zit alleen een extra klepje op de linkerflank en je krijgt een ander logo achteraan. Ingrepen die zo gewoon geworden zijn dat je er niet meer van opkijkt. Waarom zou je de looks ook helemaal omgooien voor een nieuwe aandrijflijn? Je krijgt dus nog steeds dezelfde afgeronde blokvorm die de oudste Land Rover destijds zo charmant en populair maakte.
Zes, geen zeven
Is deze plug-inhybride dan verschillend in het interieur? Niet meteen: het dashboard en ook de rest binnenin blijft ongewijzigd. Je krijgt dus nog steeds hetzelfde goed afgewerkte en door zijn rudimentaire karakter praktische interieur. Zo heb je bijvoorbeeld geen tapijt op de vloer maar rubber, dat veel makkelijker schoon te maken is.
De grootste verandering zit in de koffer, maar is niet positief. De bodem van de laadruimte heeft een lichte bobbel van 3 centimeter, en het totale volume is daardoor beperkter. Ook hier komt dat weer door de batterij. Dat is trouwens niet alles: de optionele derde zitrij is hier niet beschikbaar. De Defender PHEV is er dus alleen als vijf- of zeszitter (met extra zitje tussen de voorzetels). De aandrijflijn met stekker is trouwens alleen voorbehouden voor de langere 110.
Kan beter
Onderweg moet je al een getraind chassisexpert zijn om het verschil in gewicht op te merken. De Defender is namelijk sowieso al geen pluimgewicht. De hybride voegt daar wel een extra zetje aan toe om de massa in beweging te krijgen. Met volle batterij lijdt het dus geen twijfel dat hij off-road zowat onklopbaar is.
Toch zal je niet snel in de woestijn verloren rijden, want elektrisch geraakten wij geen 30 kilometer ver. Als de batterij leeg is, moet de viercilinder harder werken, en dat merk je. Het verbruik schiet de hoogte in en flirt met de 10 l/100 km... We kunnen het niet genoeg herhalen: de dorst van een plug-inhybride is enorm afhankelijk van de laadbeurten.
Conclusie
Schiet de Land Rover Defender erbij in met deze nieuwe plug-inhybride aandrijflijn? Nee: hij is krachtiger, stiller en nog steeds even overtuigend in velden en bossen. Toch kun je er niet omheen dat het beperkte rijbereik en de dorstige viercilinder er niet de meest geschikte aandrijflijn van maken...