Hoewel Mini ontegensprekelijk een succesverhaal is, was er steeds het risico dat het gamma hoe dan ook op een dag tegen zijn grens zou aan botsen. Hoeveel varianten kan je bedenken op een zelfde thema? Maar met de Countryman is intussen bewezen dat Mini ook buiten het klassieke model kan groeien. Al staat die in geest wel erg ver van de Mini, en zeker van de Coupé en de Roadster.
In alles een Mini
De Roadster is de cabriovariant van de Coupé. Hij neemt de technische oplossingen van die laatste over, die zelf ontwikkelingen zijn van de klassieke Mini set-up. Het interieur is zeer herkenbaar Mini, met de centraal geplaatste reusachtige kilometerteller, waarbinnen het multimediasysteem geafficheerd wordt.
Natuurlijk, wie roadster zegt, beperkt zich tot twee zitplaatsen. Het voordeel daarvan is dat je achter de stoelen over een extra bergruimte beschikt. Die is niet de meest praktische, maar met 240 liter wel verrekt ruim. Het dak klapt weg in een specifieke ruimte achteraan, zonder dat er dus kofferruimte verdwijnt. Het dak sluiten verloopt manueel, maar is eenvoudig. Je hoeft er niet eens voor uit te stappen. Nadat je de grote centrale hendel ontgrendeld hebt, kan je het dak wegduwen. De beweging is eenvoudig, in de twee richtingen, maar vereist wel enige spierkracht. Natuurlijk neemt de Roadster ook de teller ‘always open’ uit de cabrio open, waarbij de tijd opgeteld wordt waarbij je open rijdt.
Speels
We trokken met de Cooper S versie van de Roadster de weg op. Dat houdt in dat hij over een 1.6 turbo met 184 pk en 240 Nm beschikt. In ons land is hij herleid tot 163 pk om fiscale reden. De motor is leuk en gretig. Op elk moment is hij aanspreekbaar. In 7,2 seconden haalt hij de 100 en zijn top bedraagt 221 km/u. Hij beschikt over een sportinstelling die wijzigingen aanbrengt aan de respons van het gaspedaal en die de uitlaat wat vrijer laat klinken, wat een meer ‘racing’ gevoel geeft.
Hoewel hij geen angst moet hebben van de snelweg, voelt hij zich toch het meest in zijn sas op een bochtige landweg. Stuur en voortrein snijden de bocht snedig aan, terwijl zijn manuele zesbak een plezier maakt van het schakelwerk. Hij ziet er hier ook nog het meest uit als een uit de kluiten gewassen kart, waarvoor de Mini vaak wordt versleten. Wel betaal je de prijs voor die dynamische wegligging in het comfort. De Roadster is hard afgeveerd.
Geen punt? Dan rest u alleen nog een bezoek aan de bank. Want de Mini Roadster Cooper S is een aankoop die je met je hart moet doen. Wel vraagt Mini er 1.000 euro minder voor dan voor de gewone Cabrio. Hij begint vanaf 28.250 euro. Waar Mini een verbruik van 6,0 liter opgeeft, bleef ons gemiddelde hangen op 7,8 l/100 km tijdens onze test.