Elke koper die een elektrische wagen overweegt, denkt aan het doemscenario om ooit met een lege accu te stranden. Omdat de Ampera - een broertje van de Chevrolet Volt - naast een elektromotor en een stevige batterij ook een “noodgenerator” op benzine aan boord heeft, is dat dus niet langer een issue.
Europeaan rijdt 50 km per dag
Volgens een Europese studie rijdt 80% van de Europeanen minder dan 50 km per dag. Dat betekent dat dat de autonomie op batterijen volstaat voor de meeste dagelijkse verplaatsingen. De Ampera wordt overigens altijd elektrisch aangedreven. Een belangrijk argument want als de wagen straks gehomologeerd wordt, is hij voor de premie beter af als volledig elektrische auto dan als hybride. De Ampera komt alleen op batterijkracht maximum 80 km ver. Eens ter bestemming, laadt hij in drie uur op in het stopcontact (230 V). Een snellaadsysteem (30 minuten) zoals Nissan en Renault dat voorzien, wordt niet aangeboden. Als er geen laadmogelijkheden zijn, biedt de ingebouwde ‘range extender’ (de benzinemotor) immers soelaas.
Batterij is nooit ‘leeg’
Hoewel je op de dashboardindicator het aantal resterende elektrische kilometers kan zien aftellen, is de accu nooit helemaal leeg wanneer de teller ‘0 km’ aangeeft. Op dat ogenblik zit er nog steeds voldoende stroom in de batterij om te vertrekken, al zal de benzinemotor wel aanslaan wanneer je vertrekt. Maar de verbrandingsmotor wekt slechts stroom op om te kunnen rijden. Hij zal het batterijpack nooit volledig opladen, zelfs al rij je achtereenvolgens 300 km snelweg. De keuze voor een benzinegenerator heeft ook een economische oorsprong. Batterijen zijn duur en kosten ongeveer 600 dollar per opgewekte kW. De benzinemotor is daarom een goedkoper alternatief om meer vermogen te genereren, in plaats van extra batterijen te monteren (zoals in de Nissan Leaf, die een actieradius heeft van 150 km). Jammer genoeg vertaalt zich dat niet in de prijs want de Ampera is ongeveer 12.000 euro duurder dan de Leaf.
Flitsend
Qua prestaties scoort de Ampera meer dan behoorlijk. De acceleraties zijn flitsend en ook de hernemingen gaan vliegensvlug. Wie echter het volle motorpotentieel aan elk rood licht gebruikt, ziet de actieradius wegsmelten als sneeuw voor de zon. Ook snelwegtempo vreet stroom. Anderzijds biedt deze Opel prima comfort, vooral de lineaire en ononderbroken acceleraties zijn zeer te smaken. Omdat de elektromotor niet aan een traditionele transmissie is gelinkt, voel je de wagen nooit ‘schakelen’. Pas wanneer de benzinemotor bijspringt, is het even wennen. Wanneer je vertraagt of stopt, blijft de benzinemotor doordraaien en dat is een eigenaardig fenomeen. Het maakt duidelijk dat er geen fysieke verbinding bestaat tussen de benzinemotor en de wielen.
Eind 2011
De Ampera is zeker het meest inzetbare EV (Elektric Vehicle) dat we op onze markt verwachten. Je kan hem thuis opladen en door de range extender is het hoofdstuk laadinfrastructuur minder nijpend. Anderzijds is hij een van de duurste EV’s (42.900 euro) want hij is beduidend duurder dan de Leaf. Bovendien is het vandaag onduidelijk op welke ecopremie de Ampera-klant mag rekenen. Hij staat eind 2011 bij de Opel-dealer.