Hoewel dergelijke samenwerkingsverbanden tussen constructeurs bij bestelwagens courante praktijk zijn, is het partnerschap Opel-Fiat ongezien. Bij de grote bestelwagens hadden de Italianen en de PSA-groep van Peugeot en Citroën elkaar gevonden, terwijl Opel en Renault samenwerkten. Maar sinds PSA naar Toyota lonkt met de ProAce en Renault een vrijage startte met Mercedes met de Citan, zijn Fiat en Opel ook naar elkaar gegroeid. Op de logo’s na, is het onmogelijk de Doblo van de Combo te onderscheiden. Nochtans zijn er op de bumpers enkele andere trekken voor de Opel. Het interieur is identiek.
Doblo vanbinnen
Het interieur is dus even ruim als dat van de Fiat. De vele opbergvakken vallen meteen op. Hij beschikt boven de hoofden over een opbergbak, die het voordeel heeft dat de inhoud aan begeerlijke blikken onttrokken is. Professionele gebruikers zullen tevreden zijn met de TomTom-compatibele gps-aansluiting en de plooisteun om A4-documenten te klemmen op het dashboard. Toch staat de afwerkingskwaliteit niet op het niveau dat we intussen van Opel gewend zijn, en kunnen sommige klanten er zich zelfs door laten afschrikken.
Zo ruim
Er zijn verschillende carrosserievarianten beschikbaar. Zo is er de korte wielbasis van in totaal 4,39 meter, of de lange wielbasis, die de Combo in totaal op een lengte van 4,74 meter brengt. Er bestaat er ook één met verhoogd dak, van 2,10 meter hoog in totaal. Hierdoor kan het laadvolume van de Combo variëren van 3,4 tot 4,2 vierkante meter. Het laadvermogen bedraagt 1 ton.
Je kan er voorwerpen tot 1,82 meter lang in kwijt. Dat lukt omdat de leuning van de passagiersstoel plat kan. De toegang naar de achterste plaatsen verloopt via één of twee schuifdeuren. Achteraan beschikt hij over asymmetrische deuren.
Afblijven
Onder de motorkap van de Combo vinden we de Italiaanse motoren terug. De 1.6 CDTi die we hier met 90 pk testen, is uitsluitend verkrijgbaar met de Tecschift automatische versnellingsbak. Geen bak die de motor weet te flatteren. Zijn trage respons en gebrek aan zachte schakelbewegingen valt nog enigszins op te vangen via de manuele schakelmodus. Maar omdat hij over slechts vijf trappen beschikt, is hij nogal rumoerig op de snelweg. De motor laat wel goede hernemingen optekenen en heeft wel wat pit, maar is bij lage toerentallen niet de meest dynamische. De 1.3 CDTi met een gelijkaardig vermogen maar met manuele bak lijkt ons dan de betere keuze. Zeker omdat de automaat nog eens 2.400 euro duurder is: 16.879 euro voor de 1.3 CDTi en 19.245 euro voor de 1.6 CDTi. Aan de pomp is de 1.6 dorstiger, met een gemiddelde van 5,3 l/100 km tegenover 4,8 liter voor de 1.3.