Wij hebben twee kandidaten onder de loep genomen: de Porsche Boxster en de BMW Z4 3.0si Roadster.
De tijden worden steeds harder, vooral als het om de kappen van cabrio's gaat. Klappend metaal krijgt de overhand, zelfs bij roadsters. En dus zijn wij verheugd dat zowel Porsche als BMW hun klassieke tweezits-sportcabriolets als vanouds een stofmutsje gunnen.
En voor alle duidelijkheid: beide zijn absoluut dicht, waarvan wij ons bij onze testritten in de zeer onweersgevoelige Beierse bergen vaker konden overtuigen dan ons lief was. En beide bieden opmerkelijk akoestisch comfort, wat ons keer op keer opviel tijdens onze vluchtpogingen voor de zwarte regenwolken.
Halve stoplichtstop
Maar nu het mooiste: zodra de zon weer tevoorschijn komt, duurt het nog geen halve stop voor een stoplicht om de betreffende kap achter de stoelen te laten verdwijnen. Het dak van de Boxster gaat er binnen twaalf seconden af, de Z4 heeft maar tien seconden nodig voor de striptease. Bovendien heeft de snelle Beier genoeg aan een druk op de knop, terwijl er bij de Zwabische Porsche nog een ontgrendelende handgreep nodig is.
Maar niet alleen wat het uitkleden behoren deze auto's tot de snelste. Ook wat rijprestaties betreft horen ze tot het bovenste derde segment. Porsche is nu eenmaal synoniem met sportwagen en dus mag ook het basismodel niet buiten de boot vallen. De 240 pk van zijn 2,7-liter-zescilinder-boxermotor zijn weliswaar nominaal geen reusachtige hoeveelheid, evenmin als het maximale koppel van 270 Nm. Maar alleen al de koppelcurve laat zien dat het hier om een echte sportwagenmotor gaat: volledige koppel van bijna 5.000 tot 6.000 tpm, maximaal vermogen bij 6.400 toeren.
Meer sport kost meer
Wie sportief wil rijden, moet de motor dus tot hoge toerentallen drijven. En die heeft er ook het nodige plezier aan, wat hij dan ook met schallend trompetgeluid te verstaan geeft. Aan te bevelen is het sportpakket (2.088 Euro) vanwege de zesbaktransmissie en de veringverstelling (normaal en sport) alsmede het "Sport Chrono pakket", dat onder andere een sportknop behelst. Met een druk op de knop wordt de vering duidelijk harder, laat de stabiliteitscontrole meer speelruimte toe en reageert het gaspedaal giftiger.
Verder verandert er niets aan de rijprestaties: de kleinste Porsche heeft 6,2 seconden van 0 tot 100 nodig en maximaal haalt hij 256 km/h, waarbij de acceleratie boven de 200 km/h ietwat trager wordt uitgevoerd. Tenminste in vergelijking met de BMW Z4 3.0si, die de welbekende, ongelooflijk soepel lopende 3,0-liter-lijnzescilinder met 265 pk onder de lange motorkap heeft liggen.
De BMW is rapper
Met uitzondering van de maximumsnelheid, waar BMW bij 250 km/h de elektronische grendel ervoor schuift, wint de Z4 het op elk punt qua rijprestaties. Hij trekt sneller op (5,7 seconden met de pittige zesbak), daarvoor heeft de altijd sonoor klinkende motor meer vermogen in het middelste toerentalbereik (315 Nm bij 2.750 tpm) en schakelt hij bij 5.000 toeren, eveneens enthousiast trompetterend, voelbaar nog een tandje bij.
Een sportknop is ook in de Z4 3.0si aanwezig, standaard nog wel. Hiermee kan het gaspedaal op scherp en de besturing een tikje stugger worden gesteld. Dit systeem heeft echter geen invloed op het onderstel. Het gevolg: de Z4 is in de basisafstemming iets ruwer ingesteld dan de in de normale modus verrassend comfortabele Porsche. Vooral dwarsvoegen neemt de BMW minder ontspannen op.
Bedieningsvakmanschap
Wat de besturing betreft staan hier twee vakkundige hoogstandjes tegenover elkaar. Zowel de Boxster als de Z4 laten zich ongelooflijk snel en nauwkeurig over bochtige provinciale wegen jagen. De BMW is een tikje beweeglijker, de Porsche ligt daarvoor gevoelsmatig wat steviger op de weg. Dit ligt soms ook aan zijn in beginsel duidelijk strakkere besturing. Voelbare verschillen zijn er ook bij het remmen. De Boxster laat zich gedoseerder remmen, de BMW reageert iets te vinnig bij het indrukken van het rempedaal.
Bij zoveel rijplezier zou je bijna aan het alledaagse gebruiksnut van de roadsters gaan twijfelen. Dit is echter niet terecht, want voor sportieve tweezitters bieden ze verbazingwekkende goede allround-eigenschappen. Hoewel je in beide wagens zeer laag zit, zijn de stoelen zowel bij de een als bij de ander absoluut geschikt gevormd en gevoerd voor lange afstanden. Met lekker veel opbergmogelijkheid in het interieur is geen van beide gezegend, maar daarvoor bieden ze opmerkelijk veel bagageruimte. Bij de Z4 passen 260 liter onder de achterklep. De Boxster neemt achterin 130 liter op en nog eens 150 liter in de relatief diepe bagageruimte voorin.
Gematigde verbruikswaarden
Niet eens de verbruikswaarden zijn bijzonder afschrikkend: bij sportief gebruik gebruiken beide zo'n 12,5 liter per 100 kilometer. Wie het rustig aandoet, mag zich verheugen over de 1-cijferige getallen voor de komma. Alleen flinke etappes met volgas zorgen voor een snel dalend brandstofpeil in de tank - maar dat is nauwelijks verrassend te noemen.
Qua prijs liggen de twee tegenstanders op een vergelijkbaar hoog niveau - met de obligatoire Porsche-toeslag bij de Boxster. Lichtmetalen velgen, CD-radio, airconditioning en een elektrische kap zijn aan beide kanten standaard aanwezig. Overeenkomstig zijn stand uitgerust (o.a. met vergelijkbare leren bekleding incl. stoelverwarming, parkeerhulp, windscherm, zesversnellingsbak (Porsche), sportknop (Porsche), navigatiesysteem en handige accessoires als een regensensor).
Conclusie
Porsche Boxster of BMW Z4 3.0is Roadster: zowel de een als de ander is een buitengewoon sportieve zonaanbidder. De Porsche wordt gevoeld als de sportievere auto. Dat ligt enerzijds aan zijn klank: bij een laag toerental bromt hij dominanter en bij de begrenzer schalt hij nog vuriger dan de BMW. Anderzijds suggereert hij op grond van zijn strakkere besturing dat aan dit stuur op ouderwetse sportwagenwijze moet worden gewerkt.
Wat betreft de rijprestaties - en daarmee objectief beschouwd - komt de BMW duidelijk als sterkste uit de bus. En superieur, wat vooral toe te schrijven is aan de trekkrachtige en onnavolgbaar soepel lopende lijnzescilinder.
Uiteindelijk zal het design wel doorslaggevend zijn: of je houdt van de traditionele Porsche Boxster of je geeft de voorkeur aan de geslaagd herziene Z4 Roadster, die ondanks zijn jonge jaren al een modern designicoon is.