Vooral het front is duidelijk gebaseerd op dat van de sedan en stationwagon. De iets dikkere neus, de andere bumpers en de zwarte maskers om de koplampen geven de C30 echter een meer sportieve aanblik. Van opzij zien we een coupé-achtige daklijn. De spatbordverbreders (onderdeel van een optionele bodykit à € 1.600,-) lopen door in de zijskirts en zijn in een afwijkende kleur gespoten. Vooral wanneer gekozen wordt voor de witte carrosserie in combinatie met de bruine skirts is de C30 extra opvallend. Meest besproken aan de auto is uiteraard de achterzijde. De glazen achterklep in combinatie met de brede heupen is een verwijzing naar de 480 en de Safety Concept Car (SCC).
Slanke middenconsole
Het interieur mag dan geen verrassing zijn (geleend uit de S40/V50), toch verrast het. De slanke en strakke middenconsole is een prachtig designelement dat het beeld grotendeels bepaalt. De stoelen in ons testmodel zijn bekleed met een bijzondere tweekleurige stof en vooral de kleur grijs overheerst. Dankzij een minimalistische vormgeving blinkt de C30 uit wat betreft de ergonomie. Alle knoppen zijn gepositioneerd waar je ze verwacht en de afleesbaarheid is prima. Wie overigens iets meer kleur wenst kan kiezen voor een wijnrode vloerbekleding, een middenconsole met diverse printjes en blauwe stoelbekleding. Een ruime keuze om de C30 naar smaak aan te kleden.
Ruim plaats voor vier personen
De C30 oogt compact van buiten, maar is voor zijn inzittenden ruim van binnen. De 4.25 m lange, 1.78 m brede en 1.45 m hoge hatchback biedt plaats aan vier personen. De stoelen voorin bieden veel zijdelingse steun en zijn optimaal te verstellen. Maar ook achterin is er geen reden tot klagen. Twee volwassenen kunnen hier prima hun plek vinden en hebben voldoende hoofd- en beenruimte. Om achterin te komen moet de voorstoel naar voren worden geschoven, maar de instap is daardoor ruim. Wel hebben wij het als hinderlijk ervaren dat de voorstoelen niet in hun originele stand terugkeren. Hierdoor moet je telkens weer de stoel goed instellen nadat er iemand achterin is gestapt.
Kleine bagageruimte
Bergruimte is een minder sterk punt van de C30. Niet alleen is er maar weinig ruimte voor kleine spulletjes, ook de kofferbak is aan de krappe kant. Met een inhoud van 251 liter valt de bagageruimte te vergelijken met bijvoorbeeld een Volkswagen Fox en de concurrenten bieden ruim 100 liter meer. Ook het slappe afdekzeiltje waarmee de bagage aan het zicht wordt onttrokken is niet echt doordacht. Tot slot is de hoge tildrempel een risico voor de lak op de bumpers. Kortom, een pakezel is de C30 absoluut niet.
Heerlijke vijfcilinder
Voor deze test hadden wij de beschikking over de C30 2.4i. Onder de motorkap ligt een prachtige vijfcilinder benzinemotor die het in de C30 tot 170 pk en 230 Nm schopt. Vooral tijdens het accelereren laat de motor een typische vijfcilinder roffel horen. Prachtig, maar niet te opvallend. De motor is gekoppeld aan een handgeschakelde vijfbak die zich soepel en direct laat schakelen. Vooral soepelheid is de benaming die het beste bij deze motor past. De vijfcilinder komt ‘onderin’ rustig op gang, maar vooral bovenin toeren is snelheid te behalen. Wie dan ook van een sportieve rijstijl houdt, zal het niet nalaten om de motor lekker ver in toeren door te halen. Wie het maximale uit de 2.4 haalt, accelereert in 8,1 seconde naar 100 km/h en behaalt een topsnelheid van 220 km/h. Ondanks dat die topsnelheid in ons land eigenlijk nooit zal worden gehaald is de C30 2.4i geen uitblinker op hoge snelheden. Tot 160 km/h is de motor voelbaar sterk, maar daarboven heeft de vijfcilinder kilometers asfalt nodig om de C30 over de 200 km/h te trekken.
Sportief onderstel
Het lekker sportief afgestelde onderstel zorgt voor weinig verrassingen. En dat is zeker een compliment. De C30 stuurt wat licht, maar lekker direct. Hierdoor zijn bochtige wegen een aangename verrassing. Ook wanneer op hoge snelheden de bochten worden genomen vertoont het onderstel geen krimp. De C30 ligt stevig op de weg en de grens ligt ver. Wel zijn de voorwielen (mede door de optionele brede banden) wat zoekerig op een slecht wegdek. Ook tijdens een stevige remingreep vertonen de voorwielen een voelbaar zoekerig gedrag.
Motorengamma
Volvo biedt haar klanten de keuze uit 8 verschillende motoren, waarvan 3 diesel- en 5 benzine krachtbronnen. Bij de diesels bestaat het gamma uit de 1.6 D (110 pk en 240 Nm), de 2.0 D (136 pk en 320 Nm) en de D5 (163 pk en 340 Nm). Bij de benzinevarianten is er keuze uit de 1.6 met 100 pk, de 125 pk sterke 1.8, de 2.0 met 145 pk, de door ons gereden 2.4 vijfcilinder met 170 pk en als topmodel de T5 met 2,5 liter vijfcilinder turbomotor met 220 pk. De prijzen van de C30 beginnen bij € 23.950,- voor de C30 1.6. Dat maakt de C30 een rechtstreekse concurrent voor auto’s als de Audi A3 en BMW 1-serie.
Conclusie: hate it or love it
Volvo gooit het met hun jongste telg over een geheel andere boeg. Waar we Volvo kennen van degelijkheid en vooral veel ruimte en veiligheid is de C30 is trendy, hip en sportief. Daarmee hoopt Volvo een nieuwe en vooral jongere doelgroep aan te spreken. Dat er duidelijk op die doelgroep gemikt wordt staat als een paal boven water. De opvallende uitstraling, de vele mogelijkheden om de C30 naar wens aan te kleden en de sportieve rij-eigenschappen geven de C30 de mogelijkheid om die doelgroep te bereiken. Jammer dat de bagageruimte beperkt is, want het interieur is verder opvallend ruim. Vier inzittenden kunnen comfortabel plaats nemen in de C30. Wie het design van de C30 aanspreekt zal een bezoek aan de Volvo-dealer zeker moet overwegen. De C30 is een fantastische hatchback met een onderscheidend karakter, een hoog veiligheidsniveau en een prettig rijgedrag. Wie minder gecharmeerd is van het design behoort waarschijnlijk niet tot de doelgroep. Volvo roept niet voor niets: ‘Hate it or love it’. Wat ons betreft is de C30 liefde op het eerste gezicht en kan de (vooral Duitse) concurrentie zijn borst nat maken.