De Porsche 911 T (voor Touring) was in 1968 het basismodelletje in de 911-reeks. De uitrusting van de viercilinder 912 en slechts een zilveren logo in plaats van een gouden. Maar naar de nieuwe 911 T zal veel harder worden uitgekeken.
20 kilogram minder
Het lijkt er op dat Porsche het succes van de recente 911 R probeert over te doen, maar dan wat minder exclusief. Alles aan de nieuwe 911 T straalt eenvoud uit. Hij behoudt de 370 pk uit de klassieke 911, maar hij krijgt lichtere ruiten, minder isolatie, geen achterbank, geen radio en lintjes in plaats van handgrepen om de deuren van binnenuit te openen. In totaal weegt hij 20 kilogram minder dan de gewone 911, goed voor 1.425 kilogram leeggewicht.
Zoals de puristen dat willen, is hij standaard handgeschakeld. De verhoudingen van de zevenbak zijn korter, de pook zelf is kleiner, standaard krijgt hij het PASM- sportonderstel dat 2 centimeter lager ligt. En hij heeft een mechanisch sperdifferentieel.
Hoeveel sneller?
Wel, dat lijkt tegen te vallen. Met de manuele bak is de 911 T slechts 0,1 seconde sneller naar 100 km/u: 4,5 seconden. Ook aan 160 km/u blijft het verschil op de chrono beperkt tot 0,1 seconde. Al zal het verschil zich vooral in de rijbeleving laten voelen. Minder gewicht is altijd meer rijplezier.
De vraag is dus niet zozeer of de 10.000 euro die hij meer kost dan een gewone 911 gerechtvaardigd is. Maar wel of hij aan 111.053 euro een budgetvriendelijker variant van de GT3 kan zijn.
