De nieuwe generatie 911 – 992 voor de Porschisten – ziet zijn line-up steeds groeien. Na de Carrera, 4, 4S, Targa en Turbo S is er nu ook plaats voor de Turbo. Die plaatst zich mooi tussen de nog niet onthulde GTS en Turbo S. Kan je de bomen door het bos niet meer zien? Laat dan de cijfers spreken.
Onderschat vermogen
De 911 Turbo kan je zien als een Turbo S waarvan het vermogen net wat terug is geschroefd. Al kom je met 580 pk nog steeds niet zwakjes voor de dag. Meer nog, het is een publiek geheim dat Porsche haar vermogen zwaar onderschat. Waardoor de Turbo in realiteit zonder twijfel meer dan 600 pk achterin krijgt.
Nu goed, vraag je het Porsche, dan krijg je een 3.7-liter zescilinder boxer met 580 pk en 740 Nm. Een krachtbron die de 911 in staat stelt om de honderd aan te tikken in 2.8 seconden om daarna door te stuiven richting 320 km/u. Jep, dit is een extreem apparaat.
Brede heupen voor breed schoeisel
Dat merk je ook visueel. Want net zoals de Turbo S profiteert de basis-Turbo van sterk gegroeide heupen. Nodig om genoeg rubber op de velgen te kunnen steken om de kracht zonder al te veel drama neer te krijgen. Een setje 315/30 achteraan spreekt dan ook boekdelen.
Verder geeft Porsche je de kans om je 911 Turbo helemaal naar smaak aan te passen. Meer luxe? Geen probleem. Sportiever? Dat kan ook. Met een optionele sportuitlaat en zelfs een “lichtgewicht pakket” dat 30 kilogram van de 911 schaaft en de achterbank verwijdert. Prijzen? Wel, de 911 Turbo start aan zo’n 190.000 euro. Waardoor hij zo maar even 33.000 euro goedkoper is dan de Turbo S. Koopje van de eeuw, toch?
